| 25204 |
warm weerx |
warm (weer):
wɛ̄rm (L246a Swolgen)
|
warm [SGV (1914)]
III-4-4
|
| 19717 |
was |
was:
wèsch (L246a Swolgen),
wās (L246a Swolgen)
|
Afscheidingsprodukt uit de wasklieren van de bijen. Voorheen werd de bijenwas veel gebruikt als grondstof voor kaarsen. Momenteel wordt de bijenwas als grondstof vaak vervangen door plantenwas of belangrijk goedkoper te produceren chemicaliën. Nog steeds is de bijenwas van belang voor de bereiding van zalven, kosmetische produkten en boenwas, voor het modelleren van gietvormen en voor medische toepassingen. [N 63, 121a; JG 1a+1b; JG 2b-5; Ge 37, 52; Ge 37, 145; monogr.] || wasch [SGV (1914)]
II-6, III-2-1
|
| 19714 |
wasbord |
vroebbel:
vrubəl (L246a Swolgen)
|
wasbord
III-2-1
|
| 19715 |
waslijn |
wasdraad:
wɛs˂drōͅt (L246a Swolgen)
|
wasdraad
III-2-1
|
| 19741 |
wastafel, wasbak |
wastafel:
wastōͅfəl (L246a Swolgen)
|
wastafel
III-2-1
|
| 19457 |
waterdamp, wasem |
zwaai:
zwāi̯ (L246a Swolgen)
|
stoom, waterdamp
III-2-1
|
| 24273 |
waterhoen |
waterhennetje:
waterhenneke (L246a Swolgen)
|
waterhoentje
III-4-1
|
| 19510 |
waterketel, moor |
marmiet:
marmit (L246a Swolgen),
miet:
mit (L246a Swolgen)
|
ketel, waterketel
III-2-1
|
| 24641 |
watermunt |
pepermunt:
pepperpūnt (L246a Swolgen)
|
pepermunt (plant)
III-4-3
|