e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Swolgen

Overzicht

Gevonden: 2342

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
baantje glijden op het ijs slibberen: slibbere (Swolgen) glijden [SGV (1914)] III-3-2
baard baard: bâârt (Swolgen) baard [DC 01 (1931)] III-1-1
baars baars: baars (Swolgen) baars III-4-2
babbelaar babbelaar: babbeler (Swolgen) babbelaar [SGV (1914)] III-2-3
baken baken: bake (Swolgen) baken [SGV (1914)] III-3-1
baker bakerse: bakerse (Swolgen) baker, buurvrouw, familielid die kraamvrouw en kind verzorgt III-2-2
bakhuis bakhuis: bakhȳs (Swolgen), bakhuisje: bakhȳskǝ (Swolgen) Het bakhuis is een vertrek of, vaak alleenstaand, gebouw waar de bakoven zich bevond. Daarin bakte men vroeger brood en in veel gevallen kookte men daar ook het veevoer. Zie afbeelding 13. [N 5A, 79a; N 5, 109; L 1, a-m; L 12, 8; OB 2, 1; monogr.; add. uit S 50; Gwn 4, 2] I-6
bakken bakken: bakken (Swolgen), bakə (Swolgen), bàkkə (Swolgen) bakken [RND], [SGV (1914)] III-2-3
bakkerij bakkerij: bɛkǝri-j (Swolgen) Onder bakkerij wordt hier verstaan de ruimte waar het brood wordt gebakken, dus niet de bakkerszaak of bakkerswinkel. De "bakhuis"-opgaven in dit lemma duiden heel waarschijnlijk op een vrijstaand gebouwtje of een deel van het boerenhuis waarin de bakoven en de baktrog zich bevinden. Voor het lemma ''bakhuis'' zie men echter wld i agrarische terminologie 3. [N 29, 105a; N 29, 105e; monogr.] II-1
bakoven bakoven: bakǫvǝ (Swolgen) De ingemetselde stookplaats in het bakhuis (of, als er geen apart bakhuis aanwezig is, onder de schouw) voor het bakken van brood. Vergelijk het lemma "broodoven" in Wld ii.1, pag. 68. De kaart is een gecombineerde woord- en klankkaart; er is ook in aangegeven in welke plaatsen de hypercorrectie aangeblazen h (of het vervangingsfoneem ervan zoals (g)u̯-) in het woord oven voorkomt. Daarmee is deze kaart en aanvulling op die van Grootaers 1942; zie de speciale bibliografie, wiens materiaal ook in de kaart is opgenomen. [N 5A, 25a; add. uit OB 2, 1] I-6