| 28951 |
armkogel |
armsgat:
ɛrms˲gāt (L270p Tegelen)
|
De ronding in de armsgatuitsnijding. [N 59, 101b]
II-7
|
| 28950 |
armsgatuitsnijding |
armsgat:
ɛrms˲gat (L270p Tegelen)
|
De uitsnijding voor de mouw bij het colbert. [N 59, 101a]
II-7
|
| 25055 |
armvol |
armvol:
eine ermvo:l höj (L270p Tegelen),
ennen ervel huij (L270p Tegelen),
ermvol huij (L270p Tegelen),
ervel (L270p Tegelen),
unnen erm vaol hui:j (L270p Tegelen),
ɛlvǝr (L270p Tegelen),
ɛrvǝl (L270p Tegelen),
ɛrǝmvōl (L270p Tegelen),
⁄nen elver hui:j (L270p Tegelen, ...
L270p Tegelen),
bos:
bus (L270p Tegelen),
ennen boes huij (L270p Tegelen),
geupsel:
gùpsel (L270p Tegelen),
handvol:
enne hampel huij (L270p Tegelen),
hampǝl (L270p Tegelen)
|
armvol hooi [ennen erval hoj] [N 07 (1961)] || De hoeveelheid stro of aren die men in de armen kan vasthouden. Zie ook het lemma ''handvol hooi'' (5.1.4) in aflevering I.3. [N 7, 58; L 1, a-m; L 1u, 8; L A1, 88; Wi 51; monogr.]
I-4, III-4-4
|
| 21034 |
as |
asse:
asǝ (L270p Tegelen)
|
De as van hout, turf en kolen. [N 49, 65b]
II-8
|
| 34578 |
asarm |
asarm:
as˱ɛrǝm (L270p Tegelen),
asstomp:
asstomp (L270p Tegelen),
astop:
astup (L270p Tegelen)
|
Elk van de uiteinden van de as die door de naven steken. Een asarm is steeds van metaal. [N 17, 53; N G, 48d; monogr]
I-13
|
| 32672 |
asblok |
as:
as (L270p Tegelen),
asblok:
as˱blǫk (L270p Tegelen),
aslade:
aslāi̯ (L270p Tegelen),
asselade:
asǝlãi̯ (L270p Tegelen),
assenlade:
asǝlā.i̯ (L270p Tegelen),
lade:
lāi̯ (L270p Tegelen)
|
Het als ashouder of als as fungerende houten blok waaraan de wielen van de voorploeg bevestigd zijn. [N 11, 31.I.a; N 11A, 97a] || Houten blok met aan de onderzijde een gleuf waarin de metalen as bevestigd wordt, ter versteviging van de as. Zie verder ook WLD I.1 voor het asblok van de ploeg. [N 17, 40 + 44j + 50b + 51; N G, 48a; JG 1a; JG 1b; JG 1c; JG 2b; monogr.]
I-1, I-13
|
| 30553 |
asfaltpapier |
pappendek:
papǝndęk (L270p Tegelen)
|
Poreus bordpapier, gedrenkt in asfalt of zware teeroliën. Asfaltpapier wordt gebruikt als isolatiemateriaal tegen vocht maar ook als dakbedekking. 'Lodorite' is een asfaltbitumen juteweefsel dat als afdichtingsmateriaal in stroken wordt verwerkt. [N 31, 36b; N 64, 155b; monogr.]
II-9
|
| 25880 |
asgat |
assegat:
asǝgāt (L270p Tegelen),
assengat:
asǝgāt (L270p Tegelen)
|
Het gat aan de voet van de stookplaats waar de as in valt. [N 49, 73b; monogr.] || Het gat dat toegang geeft tot de ruimte onder het rooster van de stookplaats in een vlamoven. [monogr.]
II-8
|
| 23780 |
askruisje |
assekruisje:
assekruutske (L270p Tegelen)
|
Het Askruisje [assekrüske, esjekruuts]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
| 33277 |
asperge |
sperge:
špɛriǝ (L270p Tegelen),
špɛrjǝ (L270p Tegelen)
|
Asparagus officinalis L. Een tot 2 meter hoge plant met naaldvormige takjes en rode bessen, die op zandgronden groeit en om de jonge, ondergrondse spruiten als groente wordt geteeld in aspergebedden. [N Q, 7; monogr.]
I-5
|