e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Tegelen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
mouw met kanten plooisel kroezeltjesmouw: kruzelkesmouw (Tegelen) mouw met kanten plooisel [lobmouw] [N 23 (1964)] III-1-3
mouwkop mouwkop: mukop (Tegelen) Het gedeelte van de mouw van het colbert dat in de armsgatuitsnijding wordt ingewerkt. [N 59, 128] II-7
mouwomslag, manchet manchet: manžɛt (Tegelen) Verlengstuk aan het einde van een mouw; vaak afzonderlijk, en dan al of niet aan de mouw vastgemaakt. [N 62, 34d; N 59, 134; MW] II-7
mouwplank mouwplankje: muplɛŋskǝ (Tegelen) De mouwplank gebruikt men voor het openpersen van de mouwnaden; zij wordt daartoe in de mouwen gestoken. De informant van L 416 zegt een mouwplank met één poot te gebruiken. Zie ook het lemma ɛpersplankɛ. Zie afb. 16.' [N 59, 19d] II-7
mouwschort mouwenscholk: moewesjolk (Tegelen, ... ) schort met mouwen [N 24 (1964)] III-1-3
mouwsplitje mouwsplit: mušplet (Tegelen) Het splitje onder aan de mouw van het colbert. [N 59, 131a] II-7
mouwvoering aannaaien aanslaan: aanslaan (Tegelen) De voering van de mouw aan het armsgat hechten. [N 59, 127] II-7
mug knozel: kno’zel (Tegelen) mug, kleine — III-4-2
muik kuil: kŏĕl (Tegelen) mui; Hoe noemt U: (Geheime) bergplaats voor onrijp fruit (mui, ponk, bier, moele, loering, gielgoerde) [N 80 (1980)] III-2-3
muilband voorband: vø̄.rbaŋk (Tegelen) Brede, ijzeren band om het uiteinde van de naaf die voorkomt dat er aarde en modder op het aseinde terechtkomt. De muilband heeft soms een rechthoekig uitgekapte opening die afgedekt wordt met een klepje. Door de opening kan men de luns uit de as trekken zodat het wiel van de as kan worden verwijderd, bijvoorbeeld wanneer de as gesmeerd moet worden. Zie ook afb. 214. [N G, 43c; N 17, 60a; JG 1a; JG 1b; Vld.; div.] II-11