e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=K353p plaats=Tessenderlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kieskauwer fijne, een -: fijne (Tessenderlo), lekkere, een -: verzamelfiche ook mat. van ZND 1(a-m)  lekkere (Tessenderlo), miezerik: verzamelfiche ook mat. van ZND 1(a-m)  mizerik (Tessenderlo) kieskeurig [ZND 27 (1938)] III-2-3
kieskauwerig viesgevallen: verzamelfiche ook mat. van ZND 1(a-m)  vies gevallen (Tessenderlo) kieskeurig [ZND 27 (1938)] III-2-3
kietelen kietelen: ki:tlṇ (Tessenderlo) kittelen [ZND 01 (1922)] III-1-2
kieuwen kieven: ook in ZND 27, 084  ki.əvən (Tessenderlo) kieuwen ve vis [ZND 01 (1922)] III-4-2
kiezel, kiezelsteen kiezel: ki‧zəl (Tessenderlo) kiezel [ZND 01 (1922)] III-4-4
kikker kikvors: ook in ZND 01u, 121; 14, 001 en 16, 004  keͅkfəs (Tessenderlo), vors: vøs (Tessenderlo), ook in ZND 01u, 121; 14, 001 en 16, 004  vøͅs (Tessenderlo) kikvors [ZND 01 (1922)] || kikvors, puit [RND] III-4-2
kikkerdril vorseieren: voͅšɛ̄r (Tessenderlo) kikkerrit [RND] III-4-2
kikkerdril (2, bewerkt) (-)eieren, eitjes: voͅšɛ̄r (Tessenderlo) kikkerrit [RND] III-4-2
kikkers knabbetjes: knɛbǝkǝs (Tessenderlo) De ijzeren of houten bekjes aan de voorzijde van de roede waaraan het zeil wordt vastgemaakt. In l 381 waren de kikkers van hout omdat de molen houten roeden had. [N O, 5d; A 42A, 69; N O, 5e] II-3
kikkervisje dikkop: dikkop (Tessenderlo) kikkervisje [ZND 34 (1940)] III-4-2