23607 |
gloria |
gloria (lat.):
gloorieja (K353p Tessenderlo)
|
De lofzang "Gloria in excelsis..."[jloria?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
18957 |
gluiperd |
schijnheilige:
sxɛnhɛligən (K353p Tessenderlo)
|
gluiperd [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|
23426 |
godslamp |
godslamp:
goͅtslāmp (K353p Tessenderlo)
|
De godslamp, de altijd brandende olielamp vóór het tabernakel van het hoofdaltaar of sacramentsaltaar [gods-, gôds-, gaods-, godeslamp]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
30629 |
goed besleten kwast |
een die op snee staat:
ijǝn dijǝn up snē stǭ (K353p Tessenderlo)
|
Kwast waarvan de haarbundel door het gebruik op een goede manier is afgesleten. Een goed besleten kwast geeft doorgaans verfwerk met weinig of geen strepen. [N 67, 31a]
II-9
|
34172 |
goed liggen |
ten goede zitten:
ten goede zitten (K353p Tessenderlo)
|
Het kalf ligt goed in de baarmoeder: de voorpoten zullen het eerst naar buiten komen. [N 3A, 51]
I-11
|
17786 |
goed luisteren |
goed luisteren:
goed ləstərən (K353p Tessenderlo)
|
goed luisteren [ZND 30 (1939)]
III-1-1
|
29029 |
goed passen |
goed zitten:
gūt zetǝ (K353p Tessenderlo)
|
Goed zitten of passen, gezegd van een kledingstuk. [N 62, 26a; MW]
II-7
|
33826 |
goed uit de weg kunnend |
goede schrik:
gui̯ǝ sxrek (K353p Tessenderlo),
vief paard:
vīf pē̜ǝt (K353p Tessenderlo),
vierkant:
verkant (K353p Tessenderlo)
|
Gezegd van een paard dat goed te been is. [N 8, 64d]
I-9
|
33919 |
goedaardige droes |
droes:
drus (K353p Tessenderlo)
|
Een infectieziekte in de keelstreek die vooral jonge paarden aantast. Tussen de besmetting en het uitbreken van de ziekte verloopt ongeveer èèn week. Dan treedt koorts op, gepaard met ontsteking van het neusslijmvlies, waarbij veel slijm wordt afgescheiden, dat na enkele dagen etterig wordt. Typisch voor deze ziekte is de klierzwelling tussen de beide takken van de onderkaak; snel wordt de gezwollen klier dan week, verettert en breekt door. Gewoonlijk verloopt de ziekte goedaardig. [A 48A, 28b; N 8, 89 en 90a; N 52, 15b, 24 en 25; monogr.]
I-9
|
19102 |
goedheid |
goedheid:
ook materiaal znd 24, 20
guthøͅt (K353p Tessenderlo)
|
goedheid [ZND 01 (1922)]
III-1-4
|