e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Tessenderlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
koor koor: ku:r (Tessenderlo), ’t koeər van de kerk (Tessenderlo) Het (of de?) koor van de kerk. [ZND 28 (1938)] || Koor. [ZND 01 (1922)] III-3-3
koorgestoelte gestoelte: gəstultə (Tessenderlo) Het koorgestoelte: het geheel van zitplaatsen op/in het koor, meestal bestaande uit oplopende banken, bestemd voor monniken of kanunniken. [N 96A (1989)] III-3-3
koorhemd superplie: surplie (Tessenderlo) Het korte witte kleed dat de priester over zijn toog draagt [rochet, superplie, koorhemd?]. [N 96B (1989)] III-3-3
koorkap kap: kap (Tessenderlo) De koorkap [koeërmangtel?]. [N 96B (1989)] III-3-3
koorts koorts: kots (Tessenderlo), køts (Tessenderlo), kəts (Tessenderlo) hij heeft (de) koorts [ZND 28 (1938)] || koorts [RND], [ZND m] III-1-2
koorzanger zanger: zanger (Tessenderlo) Een koorzanger, lid van het zangkoor [zenger, koeërzenger?]. [N 96B (1989)] III-3-3
koot boelee: bulē (Tessenderlo), koot: kuǝt (Tessenderlo) Het korte been onmiddellijk boven de hoef, zowel van de voor- als achterpoot. 1Het is één van de belangrijkste lichaamsdelen van het trekpaard. Zie afbeelding 2.25. [JG 1a, 1b; N 8, 32.1, 32.2, 32.3, 32.7, 32.10, 32.14, 32.15 en 32.16] I-9
kop kop: kop (Tessenderlo), kǫp (Tessenderlo, ... ), paardekop: pętǝkǫp (Tessenderlo) [JG 1a, 1b]De korte smalle zijde van een metselsteen. Zie ook afb. 30. [N 31, 17c; N 98, 171; monogr.] || Het gedeelte van de huid dat de kop bedekt. Zie afb. 1. [N 60, 3f; N 36, 4] I-9, II-10, II-8
kopdorser kopdorser: kǫp˱dø̜sǝr (Tessenderlo) Bij deze vroege gemotoriseerde dorsmachine werden de schoven met de aren (de kop van de schoof) naar voren in de machine geschoven. Het eigenlijke dorsen gebeurde in een trommel met ijzeren pinnen of tanden die doet denken aan een hekel. Zie afbeelding 12. [N 14, 6a; JG 1a, 1b; monogr.] I-4
kopje jatte (fr.): sjat (Tessenderlo), zjat (Tessenderlo), jatte-tje: zjetjə (Tessenderlo), tas: tas (Tessenderlo) kopje, tas [ZND 28 (1938)], [ZND 45 (1946)], [ZND 45 (1946)] III-2-1