e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Thorn

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
doopkapel doopkapel: doupkapel (Thorn), duipkapel (Thorn) De kapel achter in de kerk, waarin de doopvont zich bevindt en waar de doop voltrokken wordt [doopkapel?]. [N 96A (1989)] III-3-3
doopsel doopsel: doupsel (Thorn) Het doopsel [der doof]. [N 96D (1989)] III-3-3
doopsprei doopsprei: doupspreij (Thorn) de doopsprei [N 96D (1989)] III-2-2
doopvont doopvont: doup fòntj (Thorn), doupvontj (Thorn), doͅ.upfűnt (Thorn), duipvont (Thorn), duup fontj (Thorn) doopvont [RND], [SGV (1914)] || Het bekken waarin het doopwater bewaard wordt en waarboven het kind ten doop wordt gehouden [doopvont, doopsteen, doofsjtee?]. [N 96A (1989)] III-3-3
doopwater wijwater: wiewater (Thorn, ... ) Het gewijde water in de doopvont, waarmee gedoopt wordt [vont-, vunt-, vintwater, doopwater, wijwater?]. [N 96A (1989)] III-3-3
door de modder rollen wentelen: wenjtjǝlǝ (Thorn) [N 76, 32] I-12
door de vang schieten der tussenuit gaan: dǝr tø̜sǝ-ūt ˲gǭn (Thorn) Gezegd van de molen, wanneer deze plotseling gaat draaien ondanks het feit dat de vang om het aswiel klemt. [N O, 13c] II-3
door elkaar, verward dooreen: doorein (Thorn, ... ), ongeregeld: ongeregeldj (Thorn), óngereegeldj (Thorn), verward: verwardj (Thorn) dooreen [SGV (1914)] || niet volgens vaste regels geschikt [ongeregeld, onverschillig] [N 91 (1982)] || op ongeregelde wijze dooreengemengd [verward, verstreuveld] [N 91 (1982)] III-4-4
door water het lopen met schoeisel aan met schoenen en klompen...: mèt sjoon en klómpe ... (Thorn) lopen: met schoenen of klompen door het water lopen [daawele, dabbere, bettere] [N 10 (1961)] III-1-2
doordeweekse kleren werkeldaagse kleren: werkeldigse/-daagse kleijer (Thorn) door-de-weekse kleren [t s werkendagse dinge, werkdinge] [N 23 (1964)] III-1-3