25964 |
grondzeiler |
dwergmolen:
dwęrǝxmø̄lǝ (L374p Thorn)
|
Bovenkruier waarvan de zeilen alleen vanaf de begane grond kunnen worden bediend. Dit molentype is dus niet voorzien van een galerij of een molenberg. [N O, 32c]
II-3
|
25005 |
groot in zijn soort |
bonk:
bônk (L374p Thorn)
|
iets dat groot is in zijn soort [kardoffel, karbonkel, bonker, bommel, klepper, sjaorel] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
24094 |
grootjuffer |
begijnoverste:
begien uëverste (L374p Thorn)
|
De overste van een begijnhof [grootjuffer]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
20346 |
grootmoeder |
grootje:
groôtje (L374p Thorn),
grootmoeder:
groitmoodər (L374p Thorn),
groitmóódər (L374p Thorn, ...
L374p Thorn,
L374p Thorn),
groôtmoder (L374p Thorn)
|
grootmoeder [DC 05 (1937)], [SGV (1914)] || grootmoeder; ik ga bij - en grootmoeder logeren; < 6 jaar [DC 12a (1943)] || grootmoeder; ik ga bij - en grootmoeder logeren; ± 10 jaar [DC 12a (1943)] || grootmoeder; ik ga bij grootvader en grootmoeder logeren; volw. [DC 12a (1943)]
III-2-2
|
20345 |
grootouders |
grootouders:
weinig gebruikt
groitaojərs (L374p Thorn)
|
grootouders [DC 05 (1937)]
III-2-2
|
25007 |
grootte |
grootte:
gruûdje (L374p Thorn)
|
grootte [SGV (1914)]
III-4-4
|
20288 |
grootvader |
grootvader:
groitvaadər (L374p Thorn),
groitvadər (L374p Thorn, ...
L374p Thorn,
L374p Thorn)
|
grootvader [DC 05 (1937)] || grootvader; ik ga bij grootvader en - logeren; < 6 jaar [DC 12a (1943)] || grootvader; ik ga bij grootvader en - logeren; ± 10 jaar [DC 12a (1943)] || grootvader; ik ga bij grootvader en grootmoeder logeren; volw. [DC 12a (1943)]
III-2-2
|
25004 |
grootx |
groot:
groit (L374p Thorn)
|
groot [DC 03 (1934)]
III-4-4
|
34430 |
grote deuren van de schaapsstal |
schaapspoorten:
(enk)
šǭpspōrt (L374p Thorn)
|
[N 78, 29]
I-12
|
24750 |
grote egelskop |
duiker:
idiosyncr.
duuker (L374p Thorn)
|
Grote egelskop (sparganium ramosum 40 tot 150 cm grote plant. De stengels zijn vertakt; de bladeren zijn driehoekig; de vrouwelijke bloemen in 1 tot 3 bolvormige bloeiwijzen onderaan, de mannelijke bovenaan. Bloeitijd van juli tot september (driekant, w [N 92 (1982)]
III-4-3
|