e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Thorn

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kind (algemene benaming) kind: kintj (Thorn, ... ) kind [DC 03 (1934)], [DC 05 (1937)] III-2-2
kind (troetelnaam) schat: sjat (Thorn), schatje: sjateke (Thorn) het liefkozend woord van ouderen voor kinderen [doeleke, dooier, fies, kadolleken, zoeteken, krotte, schijtgat, drulleke, hummel, etc.] [N 87 (1981)] III-2-2
kindercommunie kindercommunie (<lat.): kinjerkommuniej (Thorn) Een kindercommunie [kingerkómmelejoeën]. [N 96D (1989)] III-3-3
kinderdoop kinderdoop: kinjerdoup (Thorn) Een kinderdoop. [N 96D (1989)] III-3-3
kinderfiets kinderfiets: kinjerfiets (Thorn), kinderfietsje: ein kinjerfietske (Thorn) Hoe noemt u in uw dialect: een rijwiel waar kleine kinderen op rijden [N 99 (1991)] III-3-1
kinderfluitje feep: van jonge graanstengels  feep (Thorn), feepje: fēpkə (Thorn), fiepertje: fiepertje (Thorn) Allerlei namen voor kinderfluitjes; geef ook aan waarvan ze gemaakt zijn en hoe ze heten [nachtegaal, blaasje, feep, moemel, noen]. [N 90 (1982)] || Een fluitje gemaakt uit de holle stengel van een paardebloem [fiepertje]. [N 90 (1982)] III-3-2
kinderkleren kinderkleedjes: kinjerklèdjes (Thorn) kinderkleren, kinderkleertjes [N 23 (1964)] III-1-3
kinderkoor kinderkoor: kinjerkoar (Thorn), kinjerkoeer (Thorn) Het kinderkoor, jongenskoor of knapenkoor, een zangkoor van kinderen uit de hoogste klassen van de lagere school. [N 96B (1989)] III-3-3
kindermis kindermis: kinjermes (Thorn, ... ) Een kindermis, schoolmis [kiendermis, kingermès, sjoeëlmès?]. [N 96B (1989)] III-3-3
kinderzang gezang: gezang (Thorn) Het zingen van kinderen [gelots]. [N 90 (1982)] III-3-2