e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Thorn

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kolenkraan kraan: krān (Thorn  [(Maurits)]   [Emma, Hendrik, Wilhelmina]), olifant: oalifantj (Thorn  [(Maurits)]   [Zolder]) [N 95, 37] II-5
kolenlaadstation verlading: verlading (Thorn  [(Maurits)]   [Maurits]) Het woordtype "kade" (Q 7) duidt op een punt waar kolen in schepen worden overgeladen en "bascule" (Q 7) op een laadpunt voor treinen. [N 95, 32] II-5
kolenschop kolenschup: kūǝlǝšø̜p (Thorn), panschup: panšø̜p (Thorn  [(Maurits)]   [Maurits]) [monogr.]Schop, bestaande uit een korte steel met kruk en een betrekkelijk groot blad. Met dit type schop worden de losgemaakte kolen op de transportband of de schudgoot geschept. Door de onduidelijke vraagstelling van vraag N 95, 751 ("Hoe noemt u een platte schop?") en vraag N 95, 752 ("Hoe noemt u een panneschop?") is een aantal opgaven uit dit lemma mogelijkerwijs ook van toepassing op de steenschop. De composita waarvan het eerste lid verwijst naar een steenschop zijn bijeengeplaatst in het lemma Steenschop. [N 95, 752; N 95, 751; monogr.] II-5, II-8
kolenslik slam: slam (Thorn  [(Maurits)]   [Zwartberg, Waterschei]), slām (Thorn  [(Maurits)]   [Zwartberg, Eisden]) Nat kolenstof of kolengruis, gebruikt als brandstof. [N 95, 466; monogr.; Vwo 689; Vwo 709; Vwo 715] II-5
kolenstof kolenstub: kǭlǝstøp (Thorn  [(Maurits)]   [Willem-Sophia]) Grof of fijn stof afkomstig van de kolen. Het komt vrij bij het schieten, boren, het losmaken van kolen en andere werkzaamheden in het ondergrondse gedeelte van de mijn. Omdat het kolenstof overbelasting van de longen kan veroorzaken, wordt het nadelig geacht voor de gezondheid. Het moet daarom zoveel mogelijk bestreden worden. Bij een bepaald percentage vluchtige bestanddelen in het kolenstof is het zeer explosief. [N 95, 769; monogr.] II-5
kolenval kolenval: koalǝval (Thorn  [(Maurits)]   [Maurits]) Af- of instorting van kolen. Het gevaar van kolenval is in elke koollaag aanwezig maar het treedt meer op de voorgrond bij dikke lagen en bij goed gelaagde kolen. Door directe kolenval kwamen vaker ongevallen voor. [N 95, 888] II-5
kolven afstropen ontvellen: ontvellen (Thorn) De maïskolven ontdoen van de schutbladeren. Het object van de handeling is steeds maïskolven. [N Q, 22] I-4
kom komp: komp (Thorn) kom [SGV (1914)] III-2-1
komen komen: kumə (Thorn), kòmme (Thorn) komen [RND], [SGV (1914)] III-1-2
komen kijken naar de slacht op de proef komen: oppe proof kome (Thorn) Het gebruik om te komen kijken naar de slacht. [N 88 (1982)] III-3-2