17670 |
pink |
pink:
peŋk (L374p Thorn),
pink (L374p Thorn, ...
L374p Thorn)
|
Eénjarig kalf, onverschillig van welk geslacht, dat nog alle melktanden heeft. [N C, 9b en 8; monogr.; add. uit N 3A, 15 en 20] || Pink, de vijfde, kleinste vinger (pinkel, pinker, pink, petieter, piepzakje). [N 84 (1981)]
I-11, III-1-1
|
24881 |
pinksterbloem |
lieveherehandje:
livǝnīǝrǝhɛntjǝ (L374p Thorn)
|
Cardamine pratensis L. Een algemeen voorkomend, veldkersachtig plantje in graslanden, bermen en aan waterkanten met witte tot vaag lilagekleurde kruisbloempjes in trossen op een hol stengeltje en dun blad dicht bij de grond. Het bloeit van april tot juni en varieert in hoogte van 15 tot 50 cm. Niet te verwarren met de (echte) koekoeksbloem (Lychnis flos-cuculi L.; zie het lemma Echte Koekoeksbloem), die op dezelfde plaatsen groeit, maar roze-rode bloempjes heeft met gespleten kroonbladeren. Kroenekraan is de plaastelijke benaming van de kraanvogel. [N 37, 16f; A 17, 3; A 49B, 3; monogr.]
I-5
|
22584 |
pinksterbruid |
pinksterbloem:
pinksterbloom (L374p Thorn)
|
De met bloemen en sieraden getooide pinksterbruid die met Pinksteren wordt gekozen en die dan rondgedragen wordt, waarbij wordt gezongen en geld wordt ingezameld [pinksterbloem, pinksterbruid]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
23287 |
pinksteren |
pinksteren:
pinkstere (L374p Thorn)
|
Pinksteren, de vijftigste dag na Pasen [Sinksen, Pinkste]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
22732 |
pinstokken (voor de slee) |
stikkers:
stikkers (L374p Thorn)
|
pikstokken waarmee de kinderen een slee (waarop ze zitten) voortduwen [N 08 (1961)]
III-3-2
|
20060 |
pioen |
kerkroos:
-
kirkwas (L374p Thorn)
|
I-7
|
24364 |
pissebed |
stekelvarken:
oniscus asellus/oniscus murarius (=ZND 18)
stekelverke (L374p Thorn),
varkentje:
WLD
verkske (L374p Thorn)
|
Hoe noemt u de keldermot, pissebed (kelderoog, varkentje, stekelvarken, steenmot, zespoter, varkensbeest) [N 83 (1981)] || pissebed, keldermot [GV K (1935)]
III-4-2
|
28226 |
pit |
kousje:
kø̜jskǝ (L374p Thorn
[(Maurits)]
[Laura, Julia]),
lampepit:
lampǝpet (L374p Thorn
[(Maurits)]
[Maurits])
|
De lampepit van de veiligheidslamp. [N 95, 249; N 95, 243; monogr.]
II-5
|
33570 |
pit van een steenvrucht |
kern:
kêr (L374p Thorn),
knoop:
ideosyncr.
knôp (L374p Thorn),
steen:
WLD
stein (L374p Thorn)
|
De pit van een steenvrucht (kern, steen, pit, baak, teel, kelling). [N 82 (1981)] || kern [SGV (1914)]
I-7
|
33495 |
pit, kern van fruit |
kern:
kɛrɛn (sg) (L374p Thorn)
|
[RND 08]
I-7
|