26441 |
zeventiendersteen |
zeventiender:
zēvǝtindǝr (L374p Thorn)
|
Molensteen met een omtrek van zeventien voet of een diameter van ongeveer 1,5 m. [N O, 17a; N O 17f]
II-3
|
17693 |
zeveren |
zeveren:
zeivere (L374p Thorn)
|
zeveren [zeivere, sabbere] [N 10a (1961)]
III-1-1
|
27708 |
zeverij |
zeverij:
zēvǝri (L374p Thorn
[(Maurits)]
[Maurits]),
zēvǝrij (L374p Thorn
[(Maurits)]
[Emma])
|
Plaats waar de kolen gezeefd worden. [N 95, 14; monogr.]
II-5
|
18804 |
zich bedenken |
zich bedenken:
zig bedinke (L374p Thorn, ...
L374p Thorn)
|
van besluit veranderen, van zijn mening terugkomen [zich bedenken, fineren] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
19004 |
zich gedragen |
zich goed gedragen:
dèè gedreugt zich goot (L374p Thorn),
zich voegen:
zich veuge (L374p Thorn)
|
zich goed gedragen [zich voegen, zich gevoegen] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
17938 |
zich haasten |
zich spoeden:
òs spojə (L374p Thorn)
|
zich haasten: we moeten ons haasten [DC 27 (1955)]
III-1-2
|
19319 |
zich heel wat inbeelden; ingebeeld persoon |
veel kak veil hebben:
dae haet veul kak veil (L374p Thorn)
|
zich heel wat inbeeldend, een te hoge mening van zich zelf hebben [veel kak hebben, veil hebben, ophangen, veel gasconnades veil hebben] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
18864 |
zich kwaad maken |
uit zijn slof schieten:
oet ziene slôf sjete (L374p Thorn)
|
zich kwaad maken [zich opruien, zich optoornen, uit zijn korf schieten] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
24047 |
zich laten inschrijven voor het huwelijk bij de pastoor |
naar pastoor gaan:
nao pestoeër gaon (L374p Thorn)
|
Zich laten inschrijven voor het huwelijk bij de pastoor, "naar pastoor gaan". [N 96D (1989)]
III-3-3
|
17974 |
zich niet lekker voelen |
in de lappenmand zijn:
in de lappemanjd zeen (L374p Thorn),
zich niet lekker voelen:
neet lekker veule (L374p Thorn, ...
L374p Thorn)
|
Onwel: zich niet gezond voelend (erg, onwel, onlustig, niet prut, kadies, dings). [N 84 (1981)] || Zich niet lekker voelen (spijten, kruchen, in de lappenmand zijn). [N 84 (1981)]
III-1-2
|