23260 |
de middag luiden |
de middagklok luiden:
middigklok (L374p Thorn),
middag luiden:
t loetj middig (L374p Thorn)
|
Het angelus luiden rond het middaguur [het luidt......?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
23550 |
de mis dienen |
de mis dienen:
de mes deene (L374p Thorn),
mes deene (L374p Thorn)
|
De mis dienen [diene, de mès deene?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23519 |
de mis doen |
de mis doen:
de mes doon (L374p Thorn),
mis doen:
mes doon (L374p Thorn)
|
De mis doen, opdragen. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23686 |
de missie preken |
missiepreek (zn.):
missiepraek (L374p Thorn)
|
De missie preken. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23261 |
de morgen luiden |
de morgensklok luiden:
mŏrgesklok loetj (L374p Thorn),
murgesklok (L374p Thorn)
|
Het angelus luiden in de ochtend [de morgenklok?] [het luidt......?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
23475 |
de noodklok luiden |
de noodklok luiden:
noeëdklok loeje (L374p Thorn)
|
Het luiden van deze klok. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
23694 |
de portiuncula-aflaat verdienen |
aflaat beden:
aaflaot baeje (L374p Thorn)
|
De kerk in- en uitgaan bij het bidden van de toties-qoties-aflaat. Dat kon men doen: a)op het Portiuncula-feest, b)op het feest van O.L. Vrouw van de Rozenkrans (7 oktober) en c)in de namiddag en avond van Allerheiligen en op de dag van Allerzielen. [pars [N 96B (1989)]
III-3-3
|
27795 |
de richting controleren |
uitmeten:
utmę̄tǝ (L374p Thorn
[(Maurits)]
[Winterslag, Waterschei])
|
De richting controleren van een mijngang. Een richting bestaat uit twee of drie richtingspunten en een controlepunt. De richtingen hebben tot doel een rechte stand van de te maken gang in een vooraf bepaalde richting te verkrijgen (MBK II pag. 40-41). Alvorens de richting naar het front wordt doorgetrokken moet eerst de richting worden gecontroleerd. Het al of niet kloppen van de richting moet altijd worden vastgesteld op het controlepunt. [N 95, 846]
II-5
|
23290 |
de roepen krijgen |
in de roepen zijn:
inne roope zeen (L374p Thorn)
|
De roepen krijgen, afgeroepen worden in de kerk, "onder de geboden staan", "onder de roepen zijn", "in de roepen gaan". [N 96D (1989)]
III-3-3
|
23723 |
de rozenkrans bidden bij een overledene |
rozenhoedjes voor de afgestorvene:
roeezeheudjes vuuere aafgestorvene (L374p Thorn)
|
De Rozenkrans (= 3 Rozenhoedjes) bidden bij een overledene. [N 96B (1989)]
III-3-3
|