e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Tienray

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stenen vervaardigen tichelen: tixǝlǝ (Tienray) De benaming voor het hele proces van klei delven, vormen en bakken van stenen. Zie ook het lemma ɛtichelenɛ.' [N 98, 3; monogr.; N 30, 52c add.] II-8
sterfbed doodsbed: dodsbed (Tienray) doodsbed III-2-2
sterven de pijp leeg hebben: de piep lèèghebbe (Tienray), doodgaan: doeëd gao (Tienray), doeëd gaon (Tienray), het afknijpen: ’t áfkniepe (Tienray), het aftrappen: ’t áftrappe (Tienray), kapotgaan: Veldeke (aangepast)  kapotgāōn (Tienray), sterven: stērve (Tienray) doodgaan || Hoe noemt u sterven, gezegd van dieren (kreperen, kapotgaan, doodgaan) [N 83 (1981)] || sterven || sterven, doodgaan, hemelen gaan [sjterreve, hiemmelejoaë] [N 96D (1989)] III-2-2, III-4-2
stevig, gezegd van voedsel stevig: stevig (Tienray) stevig, gezegd van voedsel (straf) [N 91 (1982)] III-2-3
stiefdochter stiefdochter: stiĕfdōāchter (Tienray) stiefdochter [DC 05 (1937)] III-2-2
stiefkinderen stiefkinder: stiĕfkīēnder (Tienray) stiefkinderen [DC 05 (1937)] III-2-2
stiefmoeder stiefmoeder: stiĕfmōēder (Tienray) stiefmoeder [DC 05 (1937)] III-2-2
stiefouders stiefouders: stiĕfèlders (Tienray) stiefouders [DC 05 (1937)] III-2-2
stiefvader stiefvader: stiĕfvader (Tienray) stiefvader [DC 05 (1937)] III-2-2
stiefzoon stiefzoon: stiĕfzōōən (Tienray) stiefzoon [DC 05 (1937)] III-2-2