e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Tienray

Overzicht

Gevonden: 3725
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
boterham met kaas kazenboterham: kiəzəbotəram (Tienray) een boterham met kaas III-2-3
boterham met stroop botterham met kruit: botəram met kryt (Tienray) boterham met stroop III-2-3
boterham met vet boterham met vet: botəram met vɛt (Tienray) boterham met vet III-2-3
boterpot duppen: døͅpə (Tienray) boterpot III-2-1
botervlootje boterschoteltje: botərsxøtəlkə (Tienray), botervlootje: botərvlyətjə (Tienray) botervlootje III-2-1
bouwland veld: vɛlt (Tienray) Voor de akkerbouw gebruikt land, het geheel van akkers. [N 6, 33a; N 27, 3a; N 5AøIIŋ, 95a, 95b en 95c; N 11, 1a; L 31, 18; L 19, 1a; L 37, 11b; L a1, 113; L 4, 38; JG 1a, 1b; A 3, 38; A 10, 4; A 20, 1b; Wi 7; S 49; RND 4, 7, 8 en 10, r.37; Vld.; monogr.] I-8
bouwval barak: brak (Tienray), schabraak: sxabrāk (Tienray) barak, keet, bouwvallig huis || oud bouwvallig gebouw III-2-1
bouwvoor nerf/erf: dǝ ɛrǝf (Tienray) De bouwvoor of teellaag van akker- en tuingrond is de door regelmatig ploegen of spitten en bemesten vruchtbaar gemaakte humusrijke bovenlaag, waarin de gewassen wortel schieten. De dikte van deze laag komt overeen met de diepte van de geploegde of gespitte zaaivoor. Van de opgesomde termen zijn er sommige ook toepasselijk op een bepaalde (goede) grondsoort of op vruchtbare grond in het algemeen. [N 27, 26a + b; N 11A, 129f + 137a; A 47, 4d] I-1
boveneinde van de stam top: Veldeke aangepast  top (Tienray) Het dunne uiteinde van de stam, bovenaan (top, kop, topeind). [N 82 (1981)] III-4-3
bovenlicht bovenlicht: bø̜vǝlēxt (Tienray) Zie kaart. Met de term 'bovenlicht' kan zowel een vast raam boven een (voor)deur als het al dan niet naar binnen openklappend bovenste deel van een raam worden bedoeld. De woordtypen 'waaier', 'waai', 'spinnekop', 'deurlicht' en 'deurvenster' duiden specifiek een vast raam boven een deur aan. [S 4; L 1 a-m; L 22, 10; L B1, 170; N 55, 54a; A 46, 10a, add.; A 46, 10c; A 49, 10; monogr.] II-9