e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q162p plaats=Tongeren

Overzicht

Gevonden: 5750
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
draaizaag, keerzaag toerzeeg: tūrzē̜x (Tongeren) Spanzaag die wordt gebruikt om langs kromme en gebogen lijnen te zagen. Het zaagblad is draaibaar in het raam bevestigd en aan één uiteinde voorzien van een handgreep. Het zaagblad is ongeveer 60 tot 70 cm lang en 5 tot 10 mm breed. Zie ook afb. 20. [N 53, 7; N 53, 8i-j; monogr.] II-12
drachtig vol: vǫl (Tongeren), vǭl (Tongeren) [N 3A, 33] I-11
drachtige merrie vol: vǫ.l (Tongeren), volle meer: vǫl męr (Tongeren) De merrie "behoudt", als men na een drietal weken zekerheid heeft dat ze drachtig is; bij een miskraam "verwerpt" ze. [JG 1a, 1b; N 8, 50a] I-9
draden of randen van peulvruchten ringen/randen: reͅŋ (Tongeren), vamen: vø͂ͅm (Tongeren) [Goossens 2c (1963)] I-7
dragen dragen: drōgə (Tongeren), drōͅ:xa (Tongeren), droͅgə (Tongeren), drò:gə (Tongeren) dragen [ZND A1 (1940sq)], [ZND m] III-1-2
drager van de doodskist drager: de draôgers (Tongeren), ne draoger (Tongeren) een drager van de lijkkist [dreëjer] [N 96D (1989)] III-2-2
drager van het baldakijn drager: draogër (Tongeren) Een drager van de troonhemel [himmelsdreëjer]. [N 96C (1989)] III-3-3
drager van het kerkvaandel drapeaudrager: drappódraogër (Tongeren) De drager van het vaandel [vanedreëjer]. [N 96C (1989)] III-3-3
drank buis: bùys (Tongeren), drank: drànk (Tongeren) drank III-2-3
draven draven: drǭvǝ (Tongeren) In draf gaan, een actieve twee-tempogang, waarbij een diagonaal benenpaar gelijkmatig wordt opgeheven en weer neergezet, bijv. eerst linkervoorbeen en rechterachterbeen, daarna beide andere benen, met daartussen een zweefmoment. Zie afbeelding 9. [JG 1b; N 8, 81b en 81d] I-9