e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q162p plaats=Tongeren

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gele kwikstaart akkermannetje: akərmeͅnəkə (Tongeren), koeschepertje: kūšēpərkə (Tongeren), kwispelaar: kwispelaere (Tongeren), vliegenvangertje: vligəveͅŋərkə (Tongeren) kwikstaart, geel (16,5 blauwig-grijs boven, geel onder; met lang wiebelstaartje; zomervogel; in weiland en korenvelden; er bestaat ook nog grotere uitgave die langs beekjes huist en zeldzaam is [N 09 (1961)] || kwikstaart, gele [G 04 (1974)] III-4-1
gele lichaamsluis gele luis: geel laus (Tongeren) Hoe noemt U in Uw dialect de volgende ziekten: gele lichaamsluis [N 93 (1983)] III-3-2
gele narcis tijloos: [Narcissus pseudo-narcissus]  tailóos (Tongeren) narcis (valse), tijloos III-4-3
gelei glibber: klïbbër (Tongeren) gelei III-2-3
gelezen mis gelezen mis: n gelêeze mès (Tongeren) Een gelezen, stille mis [lèèsmis, sjtil mès?]. [N 96B (1989)] III-3-3
gelijken (op) gelijken: gelai.ke (Tongeren) gelijken [ZND 25 (1941)] III-4-4
gelijkspel boef: NB I. boeffë: gelijk spel spelen (voetbal en andere sporten).  boef (Tongeren) I. Gelijkspel (in voetbal). III-3-2
gelijkspelen boef spelen: Korte oe.  boef speelë (Tongeren), boef zijn: `t és boef (Tongeren) quitte spelen, niet verliezen maar ook niet winnen [zijn zaad hebben, tot zijn zaad zijn, gelijk spelen, gelijk staan] [N 112 (2006)] III-3-2
gelijkspelen add. barrage (fr.): bàrràasj (Tongeren) (Bilj.) Beslissend eindspel nadat twee spelers in een wedstrijd gelijk eindigden. III-3-2
gelijktijdige lossing gezamenlijke lossing (zn.): gezamenlijke lossing (Tongeren) het gelijktijdig lossen van jonge en oude duiven? [N 93 (1983)] III-3-2