e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q162p plaats=Tongeren

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
pofbroek smokkelbroek: smoekkëlbroek (Tongeren), smukəlbruk (Tongeren) broek waarvan de pijpen naar binnen geplooid waren ter hoogte van de sokken || plusfour, een soort pofbroek [N 23 (1964)] III-1-3
poffen poffen: ps. omgespeld volgens Frings.  pufə (Tongeren), ps. omgespeld volgens IPA.  pufə (Tongeren) afbetaling, Op ~, op de pof kopen [poffen?] [N 21 (1963)] III-3-1
poffer pofketel: pufkętǝl (Tongeren) Boer die bij de molenaar voor een zeker bedrag als schuldenaar genoteerd staat. [Coe 264] II-3
poffertje poffertje: pufərkə (Tongeren) Poffertje [N 16 (1962)] III-2-3
poffertjes poffertjes: Dessert  püffërkës (Tongeren) rozijnen in bloem gerold, gesuikerd, in vet gebonden in een ketel III-2-3
pofmouw pofmouw: poefmau (Tongeren), poefmaw (Tongeren), pufmauw (Tongeren), pufmaw (Tongeren), pufmāu (Tongeren) Mouw met een bolstaande plooi. [N 62, 34b; MW; monogr.] || pofmouw || pofmouw van jurk of blouse [N 23 (1964)] || Welke soorten mouwen kent U (pofmouw, puntmouw etc.?). Beschrijf hoe deze er uit zien [N 62 (1973)] II-7, III-1-3
poken keuteren: keutere (Tongeren), ragelen: ròchëlë (Tongeren) in de kachel poken [ZND 40 (1942)] || poken III-2-1
pokken pokken: pokken (Tongeren) Hoe noemt U in Uw dialect de volgende ziekten: pokken, gezwellen op de huid, vooral de kop? [N 93 (1983)] III-3-2
polijsten polieren: pǫljęrǝ (Tongeren) Het metaal met fijn schuurmateriaal glad en glanzend maken. Het polijsten kan gebeuren met behulp van schuurlinnen, een polijstvijl, met polijstpoeder of met polijstpasta. Zie ook deze lemmata. De invuller uit Q 83 vermeldt ook het gebruik van staalwol (stuǝlwǫl) bij het polijstwerk. [N 64, 55a; monogr.] II-11
politieagent police (fr.): enne plis (Tongeren) Hoe heet << een politieagent >> ? [ZND 40 (1942)] III-3-1