e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q162p plaats=Tongeren

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
preek preek: de preek (Tongeren) De predikatie, de preek [preek, prèèk, preëdich?]. [N 96B (1989)] III-3-3
preekstoel preekstoel: de preekstōēl (Tongeren) De preekstoel [preek-, prèèk-, predichsjtool?]. [N 96A (1989)] III-3-3
prefatie prefatie (<lat.): de préfaose (Tongeren) De door de priester gezongen lofprijzing ter inleiding van de Canon, de prefatie. [N 96B (1989)] III-3-3
prei poor: puoͅr (Tongeren), [Allium porrum]  puòr (Tongeren), poorlis: poor en lis [Allium porrum]  puòrlès (Tongeren), prei: pwoor (Tongeren) [DC 13 (1945)] [Goossens 1b (1960)]prei || preiplant I-7
preisoep poorsoep: pwoͅi̯rsoͅp (Tongeren) Preisoep (Poorsop?) [N 16 (1962)] III-2-3
preken preken: preeke (Tongeren) Preken, prediken [preeke, prèèke, preëdieje?]. [N 96B (1989)] III-3-3
prent(je) beeld(je): beeldəke (Tongeren), Kinderl. dim. v. bèld (bèild).  bïllëkë (Tongeren) Beeldje. [Willems (1885)] || Prentje. III-3-2
preskop hure (fr.): soort gerolde kop met grotere stukken vlees in gelei Fr. hure  hüur (Tongeren) vleesgerecht III-2-3
pret, schik plezier: plëzīēr (Tongeren) plezier, pret III-1-4
prettig plezierig: plëzīērig (Tongeren) prettig III-1-4