e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L318b plaats=Tungelroy

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
nieuwsgierig kijken gapen: gape (Tungelroy), nieuwsgierig kijken: noesjierig kieke (Tungelroy) kijken: nieuwsgierig kijken [blieke, spitsmoele] [N 10 (1961)] III-1-1
nieuwsgierigaard gaper: gaper (Tungelroy, ... ) iemand die alles nieuwsgierig bekijkt [gaper] [N 85 (1981)] III-1-4
niezen niesten: neeste (Tungelroy, ... ), niezen: neeze (Tungelroy) niezen || niezen [niese, nieste] [N 10a (1961)] III-1-2
nijdnagel overnagel: euvernagel (Tungelroy) Hoe noemt men een los stukje vel aan de rand van de nagel van een vinger? (Nederl. nij(d)nagel, dwangnagel, stroopnagel). [DC 30 (1958)] III-1-2
nikkelgeld nikkelgeld: nikkelgeldj (Tungelroy) nikkelen of witmetalen geldstukken [N 21 (1963)] III-3-1
nippen sippen: suppe (Tungelroy, ... ) Hoe noemt U: Met kleine beetjes drinken (pisen) [N 80 (1980)] || sippen, nippen, drinken drink eens (uit) III-2-3
noemen noemen: neume (Tungelroy) noemen, een naam geven [DC 03 (1934)] III-2-2
noemen, naam geven noemen: neume (Tungelroy) noemen, heten III-2-2
nog in het ei zittend kipje kuiken: kȳkǝ (Tungelroy) [N 19, 40a] I-12
nog niet uitgerezen deeg niet genoeg gegangen: nēt gǝnox gǝgaŋǝ (Tungelroy), niet uitgerezen: nēt ūtgǝrēzǝ (Tungelroy) [N 29, 26a; monogr.] II-1