e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L318b plaats=Tungelroy

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vensterbank raamdorpel: rāmdø̜rǝpǝl (Tungelroy), vensterbank: venstǝrbaŋk (Tungelroy) Min of meer breed houten of stenen dekstuk aan de binnenzijde van een raam op hoogte van de onderdorpel. Zie ook afb. 57b. Een stenen vensterbank werd in P 48 van 'arduin' ('ardø̜̄n'), in K 314 van 'arduinsteen' ('ardoanstiǝn'), in L 366 van naamse steen en in K 317 van 'marmer' ('męlǝbǝr') vervaardigd. [N 55, 44b; S 39; L 8, 37b; L 31, 12b; L B1, 168; A 46, 10c; monogr.] II-9
vensterluiken vensters: ve.nstǝrs (Tungelroy) Zie kaarten. De houten panelen die draaiend aan de buitenkant van het huis aan beide zijden van het raam zijn aangebracht. Er bestaan ook losse vensterluiken die 's avonds voor het raam worden geplaatst en 's morgens weer verwijderd worden. Zie voor het woordtype 'vensters' ook Van Keirsbilck I pag. 466 s.v. 'venster': ø̄Ook dikwijls gebruikt in den zin van een beweeglijk luik vóór een venster, aan den buitenkant.ø̄ [N 55, 65a; A 23, 18a; A 46, 11a; L 1 a-m; L 32, 75b; L 1u, 17; L B1, 155; L A2, 409; rnd 49 add.; monogr.; Vld.] II-9
ventilatiepan ventilatiepan: ventilatiepan (Tungelroy) Dakpan met een ventilatie-opening. Een dergelijke opening werd in Q 202 een loftlok (loflǭk) genoemd. [N 32, 45a] II-8
ver uitspringende hielen kromme hakken: krom hakǝ (Tungelroy) [N 3A, 144a; monogr.] I-11
veranderen veranderen: verangere (Tungelroy, ... ) anders maken [anderen, veranderen] [N 91 (1982)] III-4-4
verband verband: vǝrba.ntj (Tungelroy) De wijze waarop men bij het metselen van muren de stenen op en naast elkaar plaatst. [monogr.] II-9
verbeterde pan sluitpan: slūtpan (Tungelroy), tuile-tje: tȳlkǝ (Tungelroy  [(klein soort dakpan)]  ) Algemene benaming voor een dakpan die voorzien is van zijsluitingen. Volgens de invuller uit Q 95 was de verbeterde dakpan geribbeld (g\røb\lt) van vorm. In L 360 was de pan voorzien van een sluiting (sløjte!), in Q 3 van een dobbelsluiting (dǫb\lslǫwte!). [N 32, 44b; monogr.] II-8
verbeuzelen verzaniken: verzanike (Tungelroy), verzauwelen: verzouwele (Tungelroy) zijn tijd met praten verbeuzelen [lameren] [N 87 (1981)] III-3-1
verbinden van een wonde verbinden: verbindje (Tungelroy), verbinje (Tungelroy) verbinden: Een wond verbinden (banden, verbinden, zwachtelen). [N 84 (1981)] III-1-2
verbodemen verbodemen: vǝrbø̄mǝ (Tungelroy) Een nieuwe bodem in de mand zetten. [N 40, 70; monogr.] II-12