23660 |
uitstalling van het allerheiligste |
uitstelling van het allerheiligste:
oetstelling van ut allerheiligste (L318b Tungelroy)
|
Uitstalling, uitstelling van het Allerheiligste [oessjtellóng van t allerhillieg-ste?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
18925 |
uitstellen |
uitstellen:
oetstelle (L318b Tungelroy),
oetstélle (L318b Tungelroy)
|
iets niet op het daarop vastgestelde tijdstip verrichten maar het naar een later tijdstip verschuiven [uitstellen, trekken, vertrekken, verstrekken, nazien] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
18891 |
uitvlucht |
uitvlucht:
oetvlucht (L318b Tungelroy),
oetvlugt (L318b Tungelroy),
uitvluchtsel:
oetvluchtsel (L318b Tungelroy)
|
wat men aanvoert om iets niet te hoeven doen [uitvlucht, uitvluchtsel, uitmaak, uitmaaksel, flauws, zoeking] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
26076 |
uitwendig kruiwerk |
kruiwerk:
kryjwęrǝk (L318b Tungelroy)
|
Algemene benaming voor alle voorzieningen die aan de buitenzijde van de molen zijn aangebracht om de gehele molen of de molenkap naar de wind te draaien. [N O, 30h; Sche 60; monogr.]
II-3
|
17705 |
uitwerpselen |
poep:
poep (L318b Tungelroy),
schijt:
sjiet (L318b Tungelroy),
sjiêt (L318b Tungelroy),
stront:
stroontj (L318b Tungelroy),
stroôntj (L318b Tungelroy)
|
schijt || stront || uitwerpselen [N 10c (1995)]
III-1-1
|
33846 |
uitwerpselen van het paard |
paardskeutel:
pē̜rtskø̄tǝl (L318b Tungelroy)
|
[A 9, 24b]
I-9
|
34144 |
uitwerpselen van koeien |
flats:
flats (L318b Tungelroy),
koeflats:
kuflats (L318b Tungelroy),
koestront:
kustronjtj (L318b Tungelroy),
kustrōnjtj (L318b Tungelroy)
|
[N M, 8a; A 9, 24a; JG 1a, 1b; N 11A, 40a; monogr.; add. uit N 5A (I]
I-11
|
30051 |
uitzetplanken |
bouwplanken:
bǫwplɛŋk (L318b Tungelroy)
|
De planken die men gebruikt bij het uitzetten van een te bouwen huis. De uitzetplanken worden horizontaal tegen de piketten gespijkerd. In Q 111 werkte men bij het uitzetten niet met planken, maar met een koord. [N 30, 24c]
II-9
|
25523 |
uitzeven van de zemelen |
zeven:
zēvǝ (L318b Tungelroy)
|
Het verwijderen van de fijngemaakte hulzen uit het meel. Een eventueel object "meel" is niet gedocumenteerd [N 29, 13b; monogr.; N 29, 15c add.]
II-1
|
21387 |
unster |
ponder:
wegen
punjer (L318b Tungelroy)
|
Weeginstrument met hefboomwerking. [N 18 (1962)]
III-3-1
|