19681 |
de was bleken |
bleken:
bleike (L318b Tungelroy)
|
het bleken van wasgoed in de zon op een grasveld [DC 15 (1947)]
III-2-1
|
19785 |
de was invochten |
invochten:
invochte (L318b Tungelroy)
|
het vochtig maken van strijkgoed [DC 28 (1956)]
III-2-1
|
19440 |
de was mangelen |
mangelen:
mangele (L318b Tungelroy)
|
De was glad maken d.m.v. een mangel (mangelen, wringen) [N 79 (1979)]
III-2-1
|
19437 |
de was spoelen |
slingeren:
slingere (L318b Tungelroy),
spoelen:
speule (L318b Tungelroy, ...
L318b Tungelroy)
|
Zeep verwijderen uit kledingstukken door ze heen en weer te bewegen in een vloeistof (spoelen, plodderen) [N 79 (1979)] || Zeep verwijderen uit kledingstukken door ze heen en weer te bewegen in een vloeistof (spoelen, plodderen)vringer [N 79 (1979)]
III-2-1
|
19438 |
de was wringen |
wringen:
vringe (L318b Tungelroy),
wringe (L318b Tungelroy)
|
Het water uit wasgoed drijven (wringen) [N 79 (1979)]
III-2-1
|
34344 |
de zeug naar de beer brengen |
drijven:
drīvǝ (L318b Tungelroy)
|
De zeug laten dekken door de beer, het mannelijk varken. [N 19, 30; JG 1a, 1b, 2c; N 76, add.; monogr.]
I-12
|
23470 |
de zondag inluiden |
zondagklok luiden:
zonnigklok loeje (L318b Tungelroy)
|
Het luiden van de klokken op zaterdagavond na het angelus [zondag luiden, de zondag inluiden?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
25312 |
decimeter, maat van 10 cm |
decimeter:
decimaeter (L318b Tungelroy),
desiméter (L318b Tungelroy)
|
de maat die een lengte van 10 cm aangeeft, 1/10 deel van een meter [sol, palm, decimeter] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
20808 |
deeg |
deeg:
deig (L318b Tungelroy)
|
deeg
III-2-3
|
25578 |
deeg afwegen |
afwagen:
āfwǭgǝ (L318b Tungelroy)
|
De stukjes deeg afwegen. Men kan met de hand afwegen. Hiertoe wordt het deeg op de bank gebracht en met een steker in stukjes verdeeld die op een balans (schaal) afgewogen worden (Schoep blz. 98). Men kan ook met de afweegmachine wegen. Grote stukken van het deeg worden met de hand uit de trog of kuip gehaald en in de trechter van de afweegmachine geworpen, waarna ze door het mechanisme van de afweegmachine op het gewenste deeggewicht worden verdeeld (Schoep blz. 99). [N 29, 33c; N 29, 30b; N 29, 32a]
II-1
|