| 20550 |
snoepje |
klompje:
klumkə (Q112b Ubachsberg)
|
snoepje; Hoe noemt U: Een stukje snoepgoed (babbeltje, snoepje) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
| 17753 |
snor |
schnauz (du.):
schnuits (Q112b Ubachsberg)
|
snor (knevel) [DC 01 (1931)]
III-1-1
|
| 18026 |
snotneus |
koetenneus:
ing kōēte naas (Q112b Ubachsberg),
kute-naas:
(= letterlijk).
kōēte naas (Q112b Ubachsberg),
kute-nel:
(figuurlijk).
kōētnel (Q112b Ubachsberg),
kute-nelis:
(figuurlijk).
kōēte nellis (Q112b Ubachsberg)
|
neus: snottebel [snotkeekel, snotkikkel, snotkiekje, snotneus, snottebrel] [N 10 (1961)] || snotneus [snooterbel, sjoetsnaas] [N 06 (1960)]
III-1-2, III-1-4
|
| 17590 |
snuit |
snoet:
WLD
sjnōēt (Q112b Ubachsberg)
|
Hoe noemt u het vooruitstekende deel van het aangezicht van dieren (snuit, snoefel) [N 83 (1981)]
III-4-2
|
| 17841 |
snurken |
ronken:
ronke (Q112b Ubachsberg),
snurken:
sjnorke (Q112b Ubachsberg),
zagen:
zèège (Q112b Ubachsberg)
|
snurken [snorke, ronke] [N 10 (1961)]
III-1-2
|
| 20664 |
soep |
soep:
Identiek aan Nederlands.
soep (Q112b Ubachsberg)
|
Soep, heel in het algemeen [N 16 (1962)]
III-2-3
|
| 20512 |
soepvlees |
soepenvlees:
sŏĕpevleesj (Q112b Ubachsberg)
|
soepvlees; Hoe noemt U: Mager vlees om soep van te koken (boelie, bouilli, soepvlees) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
| 20724 |
soldaatjes |
krapjes:
krepkes: bij ons de restjes van uitgesmolten vet.
krepkes (Q112b Ubachsberg)
|
Stukjes geroosterd of in boter of vet gebakken brood (krepkes?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
| 23488 |
soldatenkerkhof |
oorlogskerkhof:
oorlogskirkef (Q112b Ubachsberg),
soldatenkerkhof:
soldoatekirkef (Q112b Ubachsberg)
|
Een soldatenkerkhof, oorlogskerkhof, militaire begraafplaats, ereveld, engels kerkhof e.d. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
| 34576 |
spaak |
speken:
špēkǝ (Q112b Ubachsberg)
|
Elk van de houten staven die de verbinding vormen tussen de velg van het wiel en de naaf. Afhankelijk van de omtrek van het wiel zijn er tien tot zestien spaken. Er zijn twee soorten spaken: ronde en platte. Voor zover ze specifieke benamingen krijgen, worden ze behandeld onder A resp. B. [N 17, 61a-b + 62a-b; N 18, 99; N G, 44a; JG 1a; JG 1b; JG 2b; S 34; A 4, 20b; L 20, 20b; L 7, 13; monogr.]
I-13
|