e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Uikhoven

Overzicht

Gevonden: 1949
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zoolleersoorten croupon: croupon (Uikhoven) Leersoorten die voor de onderzijde van de schoenen worden gebruikt. Volgens de informant van Q 253 werden deze eertijds steeds plantaardig gelooid, terwijl de informant van Q 32 ten aanzien van rindsleer opmerkt dat het meestal met zout gelooid werd. Onder vachelooiing verstaat men looiing van zoolleer door middel van plantaardige extracten in draaiende vaten. [N 60, 2b; N 60, 247] II-10
zult, preskop geperste kop: geperste hoofdkaas  gəpērzdə koͅp (Uikhoven) hoofdkaas [Goossens 1b (1960)] III-2-3
zuring, groente surelle: serel (Uikhoven), səreͅl (Uikhoven) Zuring, zurkel als groente gekweekt [Goossens 1b (1960)] I-7
zuurkool zuurmoes: zoermoos (Uikhoven) zuurkool [ZND 08 (1925)] III-2-3
zwaaien met het wierookvat met het wierooksvat zwaaien: met het wierouksvaat zweje (Uikhoven) (met) het wierookvat zwaaien. [N 96B (1989)] III-3-3
zwaden spreiden spreiden: spręi̯e (Uikhoven) Het uiteengooien van de versgemaaide regels gras. Het voorwerp van de overgankelijke werkwoorden is steeds: gezwaden of gras. [N 14, 97a; JG 1a, 1b, 2c; monogr.] I-3
zwager zwager: zwaoger (Uikhoven) zwager III-2-2
zwarte bes zwarte wiemeren: zwarte wiemere (Uikhoven) I-7
zwarte bladluis meel: meelen (Uikhoven) insectjes onder een blad, zwart [DC 68 (1993)] III-4-2
zwarte kraai, kraai kraag: kraog (Uikhoven) kraai III-4-1