e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Uikhoven

Overzicht

Gevonden: 1949
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
leeftijd, ouderdom ouderdom: auwerdóm (Uikhoven) ouderdom III-2-2
leerschaar leerscheer: lę̄ršiǝr (Uikhoven) Een grote, zware schaar om het leer te knippen. De informant van L 163a beschrijft die als een soort getande snoeischaar. [N 60, 41, N 60, 240a] II-10
leest leest: lęjs (Uikhoven) De pasvorm, meestal van beukenhout, waaraan men de schoenen maakt. "De leest waarop de schoen gemaakt wordt, moet als het ware net een afgietsel zijn van de voet, en voor wat de stand aangaat, geschikt zijn volgens de hoogte der hiel waarvoor hij zal gebruikt worden" (Dierick, pag. 7). [N 60, 185a; N 60, 244a; L 1a-m; L 30, 8; S; monogr.] II-10
lei(en) lei(en): lei leien (Uikhoven) Een lei, de leien op het dak van de kerk [laj, lajje?]. [N 96A (1989)] III-3-3
leiden leiden: lɛi̯ǝ (Uikhoven) De koe laten paren. [N 3A, 30a; JG 1a, 1b; monogr.] I-11
lelietje-van-dalen bosieletje: -  bosuulke (Uikhoven), meiklokje: meiklökske (Uikhoven) lelietje van dalen || lelietje-van-dalen [DC 57 (1982)] III-4-3
lelijk lelijk: ljèelik (Uikhoven) lelijk III-1-4
lemen knikker kanneklits: kanneklits (Uikhoven) Lemen knikkers hard gebakken op de kachel, speelgoed. III-3-2
lendenen en kuil lenden: le.ŋǝ (Uikhoven), miltkuil(en): me.lšku.lǝ (Uikhoven) Achter de rug liggen de lendenen. Bij een welgevormd paard gaan de lendenen, die sterk en goed gespierd moeten zijn, ongemerkt in kruis en flanken over. De miltkuilen of -holten vormen het gedeelte van de flanken tussen heupgewricht en de laatste rib, een holte aan de buik ter hoogte van de milt. Een paard heeft bij voorkeur kleine miltkuilen. Zie afbeelding 2.30. [JG 1a, 1b, 2c] I-9
leren beenkap gamasche: kamasj (Uikhoven) gamasche (fr.): lederen beenkappen tot halverwege het onderbeen III-1-3