e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Uikhoven

Overzicht

Gevonden: 1949
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
lijkbaar baar: baor (Uikhoven, ... ) baar || Lijkbaar. III-2-2, III-3-3
lijkenhuisje dodenhuisje: doi-jenhuuske (Uikhoven, ... ) dodenhuisje || Het gebouwtje op of bij het kerkhof, waar de lijkbaar staat en waar men vroeger zo nodig een lijk tijdelijk onderbracht [lijkenhuisje, liek(e)huuske, dodenhuisje, doeëdehuus-je?]. [N 96A (1989)] III-2-2, III-3-3
lijkwagen dodenwagel: doi-jewagel (Uikhoven) dodenwagen III-2-2
lijmknecht, sergeant sergeant: sǝržant (Uikhoven) Houten of metalen werktuig waarmee te lijmen delen vastgeklemd kunnen worden. Het bestaat uit één of twee lange benen waarop twee dwarsstukken zitten die met behulp van een draadspil naar elkaar toe gedraaid kunnen worden en de te lijmen delen op deze wijze vastklemmen. Lijmknechten bestaan in verschillende uitvoeringen en afmetingen. Met de in dit lemma opgenomen benamingen worden doorgaans grotere lijmknechten aangeduid, waarbij de lengte van het been of de benen meer dan 30 cm bedraagt. Zie ook afb. 120 en 121. [N 53, 216c; N 53, 217b; N 53, 215; N G, 15; monogr.] II-12
lijn waar het spel begint kreis (du.): Du. Kreis. De kènger trèkken een kreits oppe grónd: streep.  kreits (Uikhoven), schraam: vgl. pag. 150: sjraom, zie schraam.  sjraom (Uikhoven) Schraam (kreits, streep). || Streep. III-3-2
lintvoeg lintvoeg: lent˲[voeg] (Uikhoven) Horizontale voeg. Zie ook afb. 41. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel '-(voeg)' het lemma 'Voeg'. [N 32, 29b; monogr.] II-9
lip lip: løp (Uikhoven) Zie afbeelding 2.8 en 2.10. [JG 1a, 1b] I-9
lip van een hoefijzer lip: løp (Uikhoven) Het opstaand lipvormig gedeelte aan de voorzijde aan het hoefijzer. De lip voorkomt het naar achter opschuiven van het hoefijzer. Zie ook afb. 222. Ook aan de zijkanten van het hoefijzer kunnen lippen worden aangebracht. Dit gebeurt als het paard brokkelende hoeven heeft of wanneer het hoefijzer de neiging heeft naar binnen te verschuiven. Zie ook het lemma ɛbrokkelhoefɛ in WLD i.9, pag. 102.' [N 33, 356; JG 1b; monogr.] II-11
litanie van de rozenkrans litanie (<lat.): lètteni-j (Uikhoven) De litanie van O.L. Vrouw, het slot van het Rozenhoedje [littenïj, lietenïj, lieteniej, lietenej?]. [N 96B (1989)] III-3-3
liturgische gewaden miskleren: mèskleier (Uikhoven) De paramenten, de liturgische gewaden. [N 96A (1989)] III-3-3