e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q101p plaats=Valkenburg

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
roskam roskam: rǫskam (Valkenburg) IJzeren kam met 4 à 8 fijngetande en op regelmatige afstand van elkaar op de vlakke onderzijde geplaatste kamboorden om paarden - ook koeien- te kammen of te rossen, voornamelijk om het stof, plukjes, strootjes e.d. uit het paardehaar te kammen. Vooraan is een afzonderlijke naar boven wijdgetande kamboord. Over alle vlezige delen, te beginnen met het kruis, wordt tegen de haren in gekamd; beenachtige gedeelten worden niet geroskamd. Is het paard fijn van haar of glad gestreken, dan heeft de roskam geen zin. Daarna dient het paard geborsteld te worden met de roskam in de ene en de borstel in de andere hand. Zie afbeelding 24. [N 18, 139] I-9
roskammen roskemmen: rǫskęmǝ (Valkenburg) Met borstel en kam - zie het volgende lemma - reinigen. [N 8, 102] I-9
rosmolen mange (fr.): Zie algemene opmerking van de invuller: eigen fonetische notering; (\\) = stomme e. (heb deze lijst dus letterlijk overgenomen, zoals invuller het genoteerd heeft, dus niet(s) omgespeld!).  mənéézjə (Valkenburg), manège (fr.): manē̜žǝ (Valkenburg) De oudste machine die voor het dorsen werd gebruikt. Een paard leverde hier de drijfkracht. Algemeen wordt onder manège een constructie verstaan bestaande uit een vertikale as die door een horizontale boom, waar een paard is voorgespannen, in beweging wordt gebracht. Door middel van een kardan-koppeling wordt die draaiende beweging doorgegeven aan een horizontale as die door de wand van de schuur naar een machine werd geleid en deze aandrijfkracht leverde. In dit geval wordt door de rosmolen een trommel aangedreven waarin de halmen gedorst werden. Vergelijk ook het lemma ''rosmolen'' in de aflevering over de molenaarsterminologie, wld II,3, blz. 163.' [N 14, 7; JG 1a, 1b; monogr.] || dorsmachine: draaiend wiel met boom dat door een trekpaard wordt voortgedreven om de dorsmachine te doen werken [N 14 (1962)] I-4, I-7
rot baal: baol (Valkenburg), rot: rot (Valkenburg, ... ) Rot, gezegd van fruit (rotterig, rotsig, rot, meluw). [N 82 (1981)] || voos bij groenten en fruit III-2-3
rot, van fruit rot: rot (Valkenburg, ... ) Rot, gezegd van fruit (rotterig, rotsig, rot, meluw). [N 82 (1981)] I-7
rotten uitdrogen: oetdreūge (Valkenburg, ... ) Rotten en verschrompelen van appels (slijten, uitdrogen, verrompelen, rotte, verfronselen, verslijten, verrimpelen). [N 82 (1981)] III-2-3
rotten, van fruit uitdrogen: oetdreūge (Valkenburg, ... ) Rotten en verschrompelen van appels (slijten, uitdrogen, verrompelen, rotte, verfronselen, verslijten, verrimpelen). [N 82 (1981)] I-7
rouw dragen rouw dragen: rouw drage (Valkenburg) Rouw dragen. [N 96D (1989)] III-3-3
rouwbrief rouwbrief: de rouwbreef (Valkenburg) De rouwbrief. [N 96D (1989)] III-3-3
rouwkrans krans: krants (Valkenburg) De krans die op de kist wordt gelegd [krants]. [N 96D (1989)] III-3-3