24371 |
rups |
rups:
roeps (L268p Velden, ...
L268p Velden,
L268p Velden)
|
rups [SGV (1914)] || rups rups [DC 46 (1971)]
III-4-2
|
17832 |
rusten |
rusten:
rŭste (L268p Velden)
|
rusten [SGV (1914)]
III-1-2
|
21708 |
rusthuis |
bejaardenhuis:
Opm. v.d. invuller: als regel met de naam van het tehuis.
bejaordenhoes (L268p Velden)
|
een instelling waar oude mensen kunnen wonen en/of verzorgd worden [oude-mannenhuis, pekenshuis] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
25042 |
ruw, ruig |
ruw:
roow (L268p Velden, ...
L268p Velden)
|
ruig [SGV (1914)] || ruw [SGV (1914)]
III-4-4
|
21081 |
sabbelen |
sabbelen:
sabbele (L268p Velden)
|
sabbelen, bijv. op een grassprietje [sebbele, zabbere, zeewere] [N 10 (1961)]
III-2-3
|
23321 |
sacristie |
gerfkamer:
gerfkamer (L268p Velden)
|
gerfkamer [SGV (1914)]
III-3-3
|
24372 |
salamander |
salamander:
salamander (L268p Velden)
|
salamander [DC 07 (1939)]
III-4-2
|
21105 |
salie |
leeuwenbekken:
liewebekken (L268p Velden)
|
Hoe noemt men bij u de afgebeelde plant? Het is een heesterachtige plant van ca. 60 cm hoog met tamelijk lange, wat kreukelige bladeren met gekartelde randen. Zij staan tegenover elkaar en zijn grijsgroen van kleur. De bloempjes zijn blauw-wit (soms ook r [DC 49 (1974)]
III-2-3
|
24682 |
sap in planten |
sap:
Veldens dialekt
sap (L268p Velden)
|
Het vocht dat zich in planten of plantendelen bevindt of eruit verkregen is (sap, tocht). [N 82 (1981)]
III-4-3
|