e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Veldwezelt

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
pekelkuip vleeskuip: vlēskūp (Veldwezelt) De houten kuip waarin men het gezouten vlees en spek bewaart. [N 28, 110; monogr.] II-1
periode van de ijsheiligen ijsheiligen: iesheilige (Veldwezelt) de periode van de ijsheiligen, 11-14 mei; op deze dagen kan het zeer koud zijn [N 112 (2006)] III-3-2
perzikkruid wilweie: welwęi̯ǝ (Veldwezelt) Polygonum persicaria L. Zeer algemeen voorkomend onkruid op bouwland, in tuinen en wegbermen met zeer kleine roze bloempjes in de vorm van een aar, lancetvormige bladen met een zwarte vlek en roze-rode stengels. Het bloeit van juni tot de herfst. De lengte varieert van 20 tot 100 cm. Voor weie (wilgen) zie ook de toelichting bij het lemma Hanepoot. [JG 1b, 1c, 2c; A 60A, 56] I-5
pet: algemeen klak: klak (Veldwezelt, ... ) pet (hoofdbedekking voor mannen) - zijn er verschillende benamingen? [ZND 16 (1934)] || pet, muts, klak [RND] III-1-3
peterselie peterselie: pētərsē.li (Veldwezelt) [Goossens 1b (1960)] I-7
peul peulen: poͅ:lü (Veldwezelt) de peulen, de doppen van erwten of bonen [N Q (1966)] III-2-3
peul, dop (znw) peul: pōͅl (Veldwezelt), pōͅlə (Veldwezelt), schaal: šōͅl (Veldwezelt) [Goossens 1b (1960)] [N Q (1966)] I-7
peulen, doppen (ww.) peulen: pōͅlə (Veldwezelt, ... ) [Goossens 1b (1960)] [N Q (1966)] I-7
peulerwten sokkererwten: sokərēͅ.rtə (Veldwezelt) [Goossens 1b (1960)] I-7
pezen pezen: pęzǝ (Veldwezelt) [N 28, 63; Veldeke 15, 22; monogr.] II-1