21273 |
meester |
meester:
mīstər (P174p Velm)
|
(school)meester [RND]
III-3-1
|
33337 |
meid, dienstmeid |
maagd:
mǭǝxt (P174p Velm)
|
Meid is een noordelijke vorm, een samentrekking uit maged, maagd. Kok en keukense slaan op de keukenmeid. Dienstbode is een expansie uit de (Noord-)Nederlandse standaardtaal. [L 1, a-m; L 1u, 156; L 38, 10; RND 118; R 12, 30; S 6 en 23; Wi 6; monogr.]
I-6
|
18622 |
meisjesmuts met afhangende strook |
kapmuts:
kapmuwəts (P174p Velm)
|
meisjesmuts die nauw om het hoofd sluit en met een strook afhangt tot op de schouders [kaaper, kappelin, kapmöts] [N 25 (1964)]
III-1-3
|
34237 |
melk |
melk:
mɛ.lǝk (P174p Velm),
mɛlk (P174p Velm),
mɛlǝk (P174p Velm)
|
De hoofdzakelijk uit water, eiwit, vet en melksuiker bestaande witte vloeistof die door het vrouwelijk rund wordt afgescheiden. Op de kaart is het woordtype melk niet opgenomen. [A3, 3; A 11, 1c; A 17, 17; A 7, 14; RND 40; RND 127; S 23; JG 1a, 1b, 2c; L 1a-m; L 4, 3; L 29, 5; NE 3, V 6n; Vld.; Gwn 10, 1; monogr.]
I-11
|
34095 |
melkaders |
melkaderen:
męlǝkoǝrǝ (P174p Velm)
|
De aders langs de buik naar de uier. [N 3A, 118a]
I-11
|
34246 |
melkafromer |
melkmachine:
męlǝkmašen (P174p Velm),
écrémeuse:
kręmø̄s (P174p Velm)
|
De afromer scheidt de roomlaag van de melk. Dit scheiden kan gebeuren door een grote schuimspaan of een houten lepel te gebruiken. Met een houten latje kan men room tegenhouden, terwijl de ontroomde melk door de tuit van de in schuine stand gehouden plateel of teil vloeit. Men kan de room eenvoudig met een vinger wegdoen of men kan die wegblazen. Moderner is de scheiding van room en melk met een melkmachine of centrifuge. [N 12, 57 en 58; JG 1a, 1b; A 23, 3; monogr.]
I-11
|
21288 |
melkboer |
melkboer:
maeləkbu.r (P174p Velm)
|
melkboer [RND]
III-3-1
|
34226 |
melken |
melken:
mɛ.lǝkǝ (P174p Velm)
|
Melk uit de uiers van de koe drukken. Zie afbeelding 9. [L 38, 44; JG 1a, 1b; Wi 26; Vld.; monogr.]
I-11
|
34079 |
melkgebit van kalveren |
melktanden:
męlǝktãn (P174p Velm)
|
[N 3A, 108a]
I-11
|
34129 |
melkkoe |
melkkoe:
męlǝkā (P174p Velm)
|
Koe die geschikt is voor melkproductie. [N 3A, 148]
I-11
|