19372 |
deurknop, deurklink |
klink:
klingk (L271p Venlo),
kruk:
krök (L271p Venlo)
|
Knop of handgreep waarmee men een deur opent of sluit (klink, kruk, knop) [N 79 (1979)]
III-2-1
|
30357 |
deurkruk, deurklink |
deurklink:
dø̄rkleŋk (L271p Venlo),
klink:
kleŋk (L271p Venlo),
kruk:
krø̜k (L271p Venlo)
|
Handvat met ijzeren pin dat door de deurstijl in het slot wordt gestoken en dient om de dagschoot van het slot terug te kunnen trekken. Zie ook het lemma 'Dagschoot'. In Q 95 werd het woord 'klink' zowel gebruikt voor de ring of kruk aan de buitenkant van een deur waarmee men het sluitijzer kon oplichten, als voor het sluitijzer aan de binnenkant van de deur. [N 54, 100; N 79, 8; monogr.; Vld.]
II-9
|
31810 |
deurschaafbok |
schaafhulpstuk:
sxāfhø̜lpstø̜k (L271p Venlo)
|
Houten of metalen steun waarin grote, vlakke werkstukken zoals deuren, rechtop kunnen worden gezet, zodat ook de smalle zijden ervan bewerkt kunnen worden. Zie ook afb. 30. [N 53, 213]
II-12
|
21493 |
deurwaarder |
deurwaarder:
deurwaarder (L271p Venlo),
deurwáárdər (L271p Venlo)
|
de ambtenaar bij de rechtbank die belast is met de dienst op de terechtzittingen, het doen van aanzeggingen [bijv. van belastingschuld enz. [vorster, deurwaarder] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
22378 |
diabolo |
diabolo:
diabolo (L271p Venlo, ...
L271p Venlo,
L271p Venlo,
L271p Venlo)
|
Het speelgoed, bestaande uit een dubbele blikken kegel die men al draaiende op een koordje in evenwicht houdt, in de hoogte werpt en weer opvangt met dit koord of elkaar toewerpt en weer op een koordje opvangt [diabolo, diavolo]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
18035 |
diarree |
aan de/het schijt:
ān dǝ sxīt (L271p Venlo),
dunne, de -:
aan d`n dunne (L271p Venlo),
aan den dunne (L271p Venlo, ...
L271p Venlo),
áán də dunnə (L271p Venlo),
fledder:
aan de fledder (L271p Venlo),
schijt:
aan de schiët (L271p Venlo)
|
Buikloop. Te dunne ontlasting, meestal veroorzaakt door een min of meer ernstige ontsteking van de darmen. Zie ook het lemma ''diarree'' in wbd I.3, blz. 472-474. [N 3A, 91, 99; A 48A, 52; monogr.] || Diarree, buikloop (dunne, pruts). [N 84 (1981)]
I-11, III-1-2
|
28552 |
dichtmaken van de woning |
toekitten:
tuketǝ (L271p Venlo)
|
Het dichtmaken van spleten en openingen in de bijenwoning met propolis. [N 63, 53b; N 63, 53a; Ge 37, 142]
II-6
|
32078 |
dichtstoppen |
stoppen:
stǫpǝ (L271p Venlo)
|
Naden, gaten en spijkergaten opvullen met stopsel, stopsteen, stopwas of met stopverf. [N 53, 235a]
II-12
|
21310 |
dief |
dief:
deef (L271p Venlo)
|
dief [SGV (1914)]
III-3-1
|
19807 |
dienblad |
blad:
blāt (L271p Venlo),
dienblad:
dēnblāt (L271p Venlo)
|
dienblad [DC 27 (1955)], [DC 27 (1955)]
III-2-1
|