e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Venlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
katoen katoen: kǝtūn (Venlo) Uit katoendraden geweven stof. Leverancier van de katoendraad is een kruid-, struik- of boomachtige plant ø̄voor het grootste deel verbouwd in Noord-Amerika, Zuid-Amerika, Egypte (macco of mako), Oost-Indië, China, Ethiopië en Ruslandø̄ (Bonthond, s.v. ø̄katoenø̄). [N 62, 85; N 62, 77; N 62, 75c; N 59, 201; MW; L 1a-m; L 27, 73; L 41, 40a; S 17; monogr.] II-7
kattenstaart kattenstaart: -  katestert (Venlo) kattestaart [DC 60a (1985)] III-4-3
kauw dool: dèèlke, dölke, daol (Venlo), dooltje: däölke (dim.) (Venlo), dèèlke, dölke, daol (Venlo), dölke (Venlo, ... ), duiven van pastoor (mv.): doeve van pestoer (mv.) (Venlo), kauw: kauw (Venlo) Hoe heet de kauw? [DC 06 (1938)] || kauw || kauw (33 overal bekend; grijze nek en lichte ogen, rest zwart; broedt in gebouwen, schoorstenen en holle bomen; meestal in troepen; druk; roep [kja]; vaak tam gehouden [N 09 (1961)] III-4-1
kauwen kauwen: kauwe (Venlo, ... ), kauwə (Venlo), kòwə (Venlo), knauwelen: knauwələ (Venlo), knauwen: knauwe (Venlo), malen: male (Venlo) kauwen; Hoe noemt U: Voedsel met de tanden en kiezen fijnmaken (kauwen, knauwen) [N 80 (1980)] III-2-3
kazuifel kazuifel: kazuufel (Venlo), kesufel (Venlo) Het kazuifel, het opperkleed dat de priester tijdens de mis draagt [kazufel, kazel, kruifel?]. [N 96B (1989)] III-3-3
keel la(ai): lāi̯ (Venlo) Zie afbeelding 2.16. [JG 1a, 1b; N 8, 29] I-9
keel, strot strot: strö:t (Venlo), ströt (Venlo) strot [RND], [SGV (1914)] III-1-1
keelgat hoeper: Uitdr.: waat deur de hoeper gaat, gaat ook deur de poeper.  hoeper (Venlo), keelgat: kaelgaat (Venlo, ... ), keelsgat: kaelsgaat (Venlo), kelsgaat (Venlo) keelgat [kelschat, rieper] [N 10 (1961)] III-1-1
keelketting, keelriem halsriem: halsrēm (Venlo), strotriem: strǭtrēm (Venlo) De ketting of riem die onder de keel of kaken van het paard doorloopt en de twee uiteinden van de kopriem verbindt. [JG 1a; N 13, 26] I-10
keelpijn pijn in de keel: pin in də kɛəl (Venlo) keelpijn [RND] III-1-2