e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Venlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kolbtoestel kolb: kǫlp (Venlo) Apparaat om de honing in de raat los te maken, voordat men gaat slingeren. Het is zwaarder dan de ericaborstel, de pennen ervan zijn steviger en er wordt vlugger mee gewerkt. Ook dit toestel wordt voor gebruik verhit in warm water. [N 63, 125b; N 63, 125a; monogr.] II-6
kolder kolderig: kø̜̃ldǝrex (Venlo) Kolder (< lat. cholera) is een slepende, ongeneeslijke hersenaandoening, die aanleiding geeft tot stoornissen in de beweging en de bloedsomloop. De uiterlijke verschijnselen zijn: onhandelbaarheid, niet willen werken, een sufferig uiterlijk, het hoofd laag houden en de oren laten hangen, evenals een waggelende gang. Deze vorm van aandoening wordt stille kolder genoemd. Bij verergering van de ziekte wordt het paard wild, draait in het rond en slaat op hol. Dan spreekt men van razende kolder. [A 48A, 37; N 8, 90p; monogr.] I-9
kolengruis kolengruis: koalegruus (Venlo) Hoe noemt u het gruis van kolen? [N 104 (2000)] III-2-1
kolenschop kolenschup: koalenschöp (Venlo) Hoe noemt u het werktuig om kolen enz. langs het keldergat in te doen (breed en aan een zijde afgerond)? (schop, troefel, kolenschup) [N 104 (2000)] III-2-1
kolenslik schlamm (d.): slam (Venlo) brandstofbrij van kolengruis en water III-2-1
kolven afstropen afdoen: āf˱dōn (Venlo) De maïskolven ontdoen van de schutbladeren. Het object van de handeling is steeds maïskolven. [N Q, 22] I-4
kom komp: komp (Venlo), Verklw. kumpke  kómp (Venlo) kom [SGV (1914)] III-2-1
komen komen: komme (Venlo), komə (Venlo) komen [RND], [SGV (1914)] III-1-2
komen kijken naar de slacht op kruipuit gaan: op kerboet gaon (Venlo) Het gebruik om te komen kijken naar de slacht. [N 88 (1982)] III-3-2
komen kijken naar de slacht: vgl. op de borrel gaan (wld ii.2, pag. 10) naar het varken komen kijken: nao ut verke komme kieke (Venlo) het komen kijken naar de slacht [VC 26 (1961)] III-3-2