| 17577 |
sluik haar |
recht haar:
rechte haor (L271p Venlo),
sluik haar:
sloekhaor (L271p Venlo),
sluuk hoar (L271p Venlo),
strooien dak:
stroeje daak (L271p Venlo),
strooien haar:
stroëje haor (L271p Venlo)
|
recht, sluik haar [N 10 (1961)]
III-1-1
|
| 17836 |
sluimeren |
doezen:
daöze (L271p Venlo),
dromelen:
drōēmele (L271p Venlo),
sluimeren:
sluumere (L271p Venlo, ...
L271p Venlo),
soezen:
soëze (L271p Venlo)
|
sluimeren [drooze, knikkebolle] [N 10 (1961)]
III-1-2
|
| 17933 |
sluipen |
kruipen:
kroêpe (L271p Venlo),
krōēpə (L271p Venlo),
sluipen:
sluipe (L271p Venlo, ...
L271p Venlo),
sluupe (L271p Venlo),
slūūpə (L271p Venlo)
|
Sluipen: zich in alle stilte voortbewegen zodat niemand het merkt (sluipen, kruipen, slippen, gluipen). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
| 21174 |
sluis |
sluis:
sloes (L271p Venlo),
slūūs (L271p Venlo)
|
de inrichting waardoor twee wateren naar believen gescheiden of met elkaar in verbinding gebracht kunnen worden (sluis, erk, sas) [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 21176 |
sluismeester |
sluismeester:
sloesmeister (L271p Venlo),
slūūsmeistər (L271p Venlo),
sluiswachter:
sloeswachter (L271p Venlo)
|
de persoon die belast is met het toezicht op en het gebruik van een sluis, vooral van schutsluizen (sasmeester, sluismeester, sasser, sassenier) [N 90 (1982)]
III-3-1
|
| 24943 |
sluiten (van grond) |
dichtslaan:
dich slaon (L271p Venlo),
hard worden:
hard waere (L271p Venlo, ...
L271p Venlo),
sluiten:
slŏĕtə (L271p Venlo)
|
hard worden, gezegd van aarde [vervloeren, sluiten] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
| 25505 |
sluiting aan de ovendeur |
klink:
klink (L271p Venlo)
|
Getuige de opgaven komen er verschillende manieren van sluiten voor variërend van heel eenvoudige tot meer technische. Volgens de informant van P 56 wordt er daar simpelweg een stok tegen de ovendeur geplaatst. Volgens de zegspersoon uit L 372 gebeurt dit sluiten met een (kløpǝl) door de boer, terwijl de bakker gebruik maakt van een (sxǫw). [N 29, 2c; N 29, 2a; N 29, 2b]
II-1
|
| 18542 |
sluitklep |
klep:
klép (L271p Venlo),
presenteerblad:
presenteer blaat (L271p Venlo, ...
L271p Venlo),
presenteerblaad (L271p Venlo)
|
deze klep (klep, presenteer blad) [N 59 (1973)] || klep van een broek met sluitklep aan de voorkant [bokseslaag, presenteerblad] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
| 33460 |
sluitpin onder aan een poortvleugel |
schoude:
sxāi̯ (L271p Venlo)
|
Een poortvleugel kan aan de onderzijde gesloten worden door een korte metalen stang of pin te laten zakken in een gat in de drempel. Aan de bovenzijde is meestal een ring of haak waardoor de stang in de hoogste stand kan blijven hangen aan een pin als de poortvleugel geopend wordt. [N 4A, 47c]
I-6
|
| 30364 |
sluitplaat |
sluitplaat:
slū.tplāt (L271p Venlo)
|
Plaat in de kozijnstijl waar de schoot van het slot in valt. [N 54, 103e]
II-9
|