e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Venlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
versleten kaal: kààl (Venlo), opgeslobberd: B.v. t Pak is opgesloeberd. NB sloebere, kleding afdragen.  opgesloeberd (Venlo), sleets: sleets (Venlo), versleten: verslete (Venlo, ... ), vərsleetə (Venlo) afgedragen || door lang gebruik stuk gegaan, niet bruikbaar meer, gezegd van een kledingstuk [versleten, sleets, schabbig, kaal] [N 86 (1981)] III-1-3
verspreid gras sprei: spręi̯ (Venlo) Het resultaat van de handeling uit het voorgaande lemma: het gemaaide gras dat gelijkmatig op het veld ligt te drogen. [N 14, 98] I-3
verstand bezei: bezei (Venlo), verstand: verstand (Venlo), vərstànt (Venlo) het vermogen goed, helder te denken [verstand, bewijs, bewoud, vernuft] [N 85 (1981)] || verstand III-1-4
verstandig clever (eng.): dae is waal klevver (Venlo), klevver (Venlo), kloek: dae is waal klook (Venlo), klook (Venlo), verstandig: verstendig (Venlo, ... ), vərsténdich (Venlo), wijs: wiès (Venlo) een goed verstand hebben; zijn verstand goed gebruikend [bezouwig, redelijk, radelijk] [N 85 (1981)] || het vermogen goed, helder te denken [verstand, bewijs, bewoud, vernuft] [N 85 (1981)] || verstandig [SGV (1914)] III-1-4
verstek verstek: vǝrstē̜k (Venlo) Hoekverbinding waarbij de uiteinden van de twee delen onder een hoek van 450 tegen elkaar staan. Daardoor is op de buitenhoek geen kopshout zichtbaar. Zie ook afb. 143. [N 53, 203a; monogr.] II-12
verstekbak verstekbak: vǝrstē̜k˱bak (Venlo) Gootvormig houten gereedschap met schuine zaagsneden in de twee opstaande kanten, dat dient om het daarin geplaatste werkstuk in verstek te zagen. Als zaag wordt daarbij meestal een kapzaag gebruikt. Zie ook afb. 117. [N 53, 214a; monogr.] II-12
verstekblokje verstekblokje: vǝrstē̜k˱blø̜kskǝ (Venlo) Werktuig, bestaande uit twee trapeziumvormige plankjes, die met behulp van een bout en vleugelmoer op een plank of lat vastgeklemd kunnen worden. Het verstekblokje wordt gebruikt met samen met een beitel om verstekken te steken. Zie ook afb. 119. Er bestaan verschillende uitvoeringen van het verstekblokje. Soms is het ook samengesteld uit drie plankjes die aan één zijde in verstek zijn afgezaagd. Volgens de respondent uit Leopoldsburg (K 317) was het verstekhoekje van metaal en diende het om verstekken af te schrijven. [N 53, 214c] II-12
verstekhaak verstekhaak: vǝrstē̜khǭk (Venlo) Een winkelhaak waarvan de benen onderling een hoek van 450 vormen. De verstekhaak wordt gebruikt om versteklijnen af te tekenen en om te controleren op haaksheid. Zie ook afb. 104 en het lemma ɛverstekhaakɛ in Wld II.9, pag. 10-11 en Wld II.11, pag. 57.' [N 53, 188; N E, 18a; monogr.] II-12
verstekken verstekken: vǝrstē̜kǝ (Venlo) Het werkstuk in verstek brengen. [N 53, 203b] II-12
verstekklem versteklijmtang: vǝrstē̜klīmtaŋ (Venlo), verstekspanner: vǝrstē̜kspanǝr (Venlo) Werktuig om in verstek bewerkte hoeken van lijsten na het lijmen vast te klemmen. Zie ook afb. 123. [N 53, 220b-c] II-12