e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Venray

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
droogrek tuitenrek: tø̜̄i̯tǝrɛk (Venray), tø̜i̯tǝrɛk (Venray) Het houten rek buitenshuis waarop men vaten, melkbussen en emmers te drogen legt. [A 15, 25; monogr.] I-11
droogrekken schappen: sxãpǝ (Venray) Constructie van latten met een overkapping, waarin de plankjes met vormelingen werden opgeborgen om te drogen. Zie ook afb. 23. [monogr.; N 98, 95] II-8
droogte droogte: (mv.: drögtes).  drögt (Venray) droogte III-4-4
drop dropje: Van de ieën sort dröpkes kunde zat werre, van de ândere sort kunde t zat van kri‰ge  dröpke (Venray), pek: dropstaaf  paek (Venray), sap: sáp (Venray, ... ), sapketje: sápketje (Venray), sapriem: sápriēm (Venray), sapstaaf: sápstaaf (Venray), sapsteel: sápsteel (Venray) drop; Hoe noemt U: Ingedikt sap, aftreksel van zoethout, drop (kalissie, drop) [N 80 (1980)] || dropje || dropstaaf, laurierdrop || dropveter || verzamelnaam voor drop III-2-3
dropwater sapnat: sapnat (Venray), sápnat (Venray), suikerpek: soekerpaek (Venray), zoetepek: schuumke trekke  zūtepaek (Venray) dropwater van de dokter || Hoe noemt U: Water waarin drop is opgelost (sepnat, kalissewater, kalissesap, poeliepek, kloters) [N 80 (1980)] || vloeistof waarin (laurier)drop opgelost is als snoepgoed III-2-3
dropwater maken schuimpje trekken: een stukje laurierdrop wordt in een flesje gedaan. Bij voldoende drop en flink schudden onstaat bovenop het dropwater een laag schuim. door de hals van de fles wordt dit vervolgens opgezogen.  schuumke trekke (Venray) schuim zuigen III-2-3
druifhyacint blauw druifje: -  blauw druufkes (Venray) blauwe druifjes [DC 60a (1985)] III-4-3
druilerig en koud weer buiig: bûuich (Venray), miezelig (weer): mi:zələy (Venray), miezerig (weer): miēzereg (Venray), nat (weer): nat (Venray, ... ), ène natte zŏmer (Venray, ... ), regenachtig (weer): raegenaechteg (Venray), vochtig (weer): vòchtig (Venray), vòchtig waer (Venray), voos (weer): a met lengteteken  voous wär (Venray), waterachtig: wââterêchtigh (Venray, ... ), waterkoud (weer): wââterkālt (Venray), wreed koud: vrieëj (Venray) druilerig weer [moezerig, monketig] [N 22 (1963)] || koud, nat en winderig || nat [DC 02 (1932)], [SGV (1914)] || nat weer [versigheid] [N 81 (1980)] || nat, vochtig, gezegd van het weer [wak, luimerig] [N 81 (1980)] || natte [een ~ zomer] [SGV (1914)] || nattig en koud, gezegd van het weer [kil, killig, waterkoud] [N 81 (1980)] || regenachtig || regenachtig, gezegd van het weer [ruizerig] [N 81 (1980)] || vochtig, nat weer || wak weer [SGV (1914)] || zomer [een natte ~ ] [SGV (1914)] III-4-4
druipen van de regen druipen: droop (Venray, ... ), druppen: drŭŭpe (Venray), drŭŭpt van de rêgen (Venray), drŭŭpt van den rêgen (Venray) droop hij ~ van den regen [SGV (1914)] || druipen [SGV (1914)] || druipt [hij ~ van den regen] [SGV (1914)] || regen [hij droop van den ~ ] [SGV (1914)] || regen [hij druipt van den ~] [SGV (1914)] III-4-4
druiventros druiventros: droevetrōs (Venray), droēventros (Venray) druiventros [SGV (1914)] I-7