e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Venray

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gewei van een hert hoorn: hors (Venray) Gewei van een mannetjesree [N 94 (1983)] III-4-2
gewelf gewelf: gewelf (Venray), gewulf (Venray), gǝwø̜lǝf (Venray), gəwøͅlf (Venray), verwelf: vǝrwølǝf (Venray), welf: weulf (Venray) Gebogen vlak, samengesteld uit bakstenen, dat de overdekking vormt van een ruimte die wordt omsloten door muren of pijlers. Zie ook de lemmata 'Troggewelf' en 'Tongewelf'. [S 10; L 1 a-m; L 24, 12; N 79, 18; monogr.] || Het gewelf [zwerk, verwulf, verwölf?]. [N 96A (1989)] II-9, III-3-3
gewelfd plafond gewelfde plafond: gewø̜lf˱dǝ plafǫnt (Venray) Plafond met gewelfkappen tussen de ribben. Om een dergelijk plafond te maken werden tussen de balken van de bovenliggende verdieping in de vorm van een boog latjes gespannen die vervolgens met pleistermortel werden afgewerkt. De boogvorm kon ook worden verkregen met behulp van een in die vorm uitgezaagde mal. Zie ook het lemma 'Schenkel', 'Formeel'. Het woord 'tremen', eigenlijk de benaming voor de balken van de verdiepingsvloer, werd in Q 30 vroeger gebruikt voor gewelfd tussen de balken aangebracht stucadoorswerk. [N 54, 143b; N 6, 20; L 2, 19] II-9
gewelfschildering beschilderd gewelf: bəsxeldərt gəwøͅlf (Venray), gewelfschildering: gewelfschildering (Venray), muurschildering: muurschildering (Venray), schilderwerk: schilderwerk (Venray), welfschildering: weulfschildering (Venray) Een gewelfschildering, muurschildering. [N 96A (1989)] III-3-3
gewillig gaarne: gaer (Venray), gewillig: gewilleg (Venray) graag bereid om iets te doen [gewillig, gemoeiig, geer] [N 85 (1981)] III-1-4
gewond gekweierd: gekweierd rake (Venray) Ongeluk: door een misgreep, door vallen gekwetst worden (paret). [N 84 (1981)] III-1-2
gewone spurrie spurrie: spø̜ri (Venray) Spergula arvensis L. Een 15 tot 40 cm hoge plant met rechtopstaande stengels en smalle, priemvormige bladeren in kransen en kleine witte bloempjes. Spurrie bloeit van juni tot september en wordt vooral op zandgronden als veevoeder gekweekt. [N Q, 2; JG 1a, 1b; L A1, 245; R 3, 28; monogr.] I-5
gewoonte gewoonte: gewònt(e) (Venray) gewoonte III-1-4
gewricht gewricht: gevricht (Venray), gewrichte (Venray) gewricht [SGV (1914)] || gewricht, gewrichten (draaipunt in het beenderstelsel) [gewrichte, gewervele, gewerve] [N 10 (1961)] III-1-1
gezelschap compagnie (fr.): kompeneej (Venray), kòmpeneej (Venray) de persoon of personen waarmee men samen is [komplot, kompagnie] [N 87 (1981)] III-3-1