e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Venray

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
huiveren huiveren: huvere (Venray) huiveren [SGV (1914)] III-1-2
huiverig schuiverig: schūūverig (Venray) huiverig [schuuverig] [N 10 (1961)] III-1-2
hul hul: hul (Venray) hul (kap) [SGV (1914)] III-1-3
hulp vragen hulp vragen: hullep vroage (Venray), vragen: iets vroage (Venray), vraoge (Venray) het vragen iets te willen doen, verzoek [bede] [N 85 (1981)] || iemand vragen te helpen [genaden] [N 85 (1981)] III-3-1
hulp, bijstand hulp: hulp (Venray), hölp (Venray) de ondersteuning die men iemand geeft om zijn werk af te maken [hulp, genade] [N 85 (1981)] || hulp, bijstand III-1-4
hulst hulst: hulst (Venray, ... ), Veldeke 1979, nr. 1  huls (Venray) [DC 76 (2002)]De altijdgroene heester met stijve, stekelpuntige, glimmende bladeren, witte bloemen en rode bessen; hulst (heukel, velst, ulster, prikblad). [N 82 (1981)] I-7, III-4-3
huppelen huppelen: huppele (Venray), huppen: hippe (Venray) Huppelen: met kleine sprongetjes zich voortbewegen (hippen, hoppen, huppen, huppelen). [N 84 (1981)] III-1-2
hurken (zich) hukken: høke (Venray, ... ) hukken [SGV (1914)] || hurken [SGV (1914)] III-1-2
hutselen schudden: schudde (Venray) Schudden van het geld voordat men het opgooit [hutselen, uteren]. [N 88 (1982)] III-3-2
huurhuis huurhuis: huurhŭŭs (Venray) huurhuis [SGV (1914)] III-2-1