e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Venray

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kussensloop kussensloop: kussensloop (Venray), kustijk: kustiēk (Venray), køstīk (Venray), Zo wordt het ook wel genoemd.  kustiëk (Venray), sloop: sloeëp (Venray, ... ), verentijk: vaerentiēk (Venray) Hoe noemt u de overtrek van een hoofdkussen? (kussensloop, kussensloof, kussenzak, fluwijn) [N 104 (2000)] || kussenomslag || kussensloop [SGV (1914)] || linnen overtrek voor bed, matras, kussen || sloop III-2-1
kwaad weglopen kwaad weggaan: kwoad weggoan (Venray) kwaad weglopen [horsen, hoorsen] [N 85 (1981)] III-1-4
kwaadaardig roepen (het paard) grinst: grēst (Venray) [N 8, 47 en 67] I-9
kwaadspreekster klavater: klavater (Venray), kwaak: en kwaak (Venray) een vrouw die graag kwaad spreekt [kwadetong, vuiletong, kommeer, blameer, klapei] [N 85 (1981)] || klappei [SGV (1914)] III-1-4
kwaadspreker kletser: (m.).  kletser (Venray), kwaadspreker: kwoadsprêker (Venray), kwaak: (vr.).  en kwaak (Venray) iemand die altijd kwaad spreekt van anderen [insteker] [N 85 (1981)] || kwaadspreker [SGV (1914)] III-1-4
kwaal kwaal: kwaol (Venray, ... ), kwoal (Venray, ... ) kwaal [DC 02 (1932)] || Kwaal: langdurige of telkens terugkerende ziekte (kwaal, klets, muik). [N 84 (1981)] III-1-2
kwabaal en puitaal kwabaal: kwaboal (Venray), WLD  kwabaol (Venray) Hoe noemt u de puitaal: een levendbarende beenvis. Komt voor in zout water. De rug is bruinachtig en de onderzijde roodachtig. Op de rug en op de flank ligt een rij zwarte vlekken. Hij wordt tot 60cm lang (aalskwab, magaal, lomp, aalkwab, kwab, puit) [N 83 (1981)] || puitaal (kwabaal) [SGV (1914)] III-4-2
kwajongensstreek kattenkwaad: kattekwoad (Venray) min of meer onschuldige kindergrap [bate(n), bake(n)] [N 90 (1982)] III-3-1
kwaken kwaken: kwākǝ (Venray), Veldeke 1979 nr. 1  kwake (Venray), WLD  kwaake (Venray) Het geluid dat de koninginnen maken net vóór ze uit de cel komen. Waarschijnlijk luistert de jonge, nog niet uitgelopen moer, of zij antwoord van een mogelijke mededingster krijgt op dit gekwaak. Als dit niet het geval is, kan ze de moercel verlaten. [N 63, 32a; N 63, 33a; Ge 37, 43] || Hoe noemt u een kwakend geluid maken, gezegd van kikkers (kwaken) [N 83 (1981)] II-6, III-4-2
kwaker kwaker: (mv)  kwākǝrs (Venray) Koningin die vlak vóór het uit de cel komen een dof, kwakend geluid laat horen. [N 63, 32b; N 63, 32a; N 63, 33b] II-6