e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Venray

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
opvulzand papzand: pap˲zānt (Venray  [(id)]  ) Zand dat wordt gebruikt voor aanvulling, maar niet voor het metselwerk zelf. Zie voor het woordtype 'letchi' a. Stevens, 'T√∫ngërsë Dïksjënêer', pag. 328, s.v. 'lètsji'. [N 30, 36b; monogr.] II-9
opzettelijk expres: expres (Venray) expres [SGV (1914)] III-1-4
opzichter opzichter: ø̜p˲zextǝr (Venray) De man onder wiens leiding de werkzaamheden op het bouwwerk worden verricht. In K 359 werd de controle door de 'architect' ('ažet'k') verricht. 'Conducteurs' werden in Q 83 slechts op grote bouwwerken ingezet ter vervanging van de aannemer. [N 30, 3d; N 30, 3e; monogr.] II-9
opzitten opzitten: Veldeke 1979 nr. 1 (? apzitte - moeilijk leesbaar)  opzitte (Venray) Hoe noemt u op de achterste poten zitten met opgeheven voorpoten, gezegd van een hond (bidden, lezen) [N 83 (1981)] III-2-1
orchis orchidee: -  orchidee (Venray) orchidee [DC 60a (1985)] III-4-3
ordenen, rangschikken in de rij zetten: ien de ri-zette (Venray) op een regelmatige of doelbewuste wijze plaatsen [schikken, rangschikken, schavelen] [N 91 (1982)] III-4-4
organist organist: øͅrgənest (Venray) De organist, orgelist. [N 96B (1989)] III-3-3
orgel orgel: urgel (Venray, ... ), urgeldreier (Venray), øͅrgəl (Venray, ... ) Het orgel [het/de orgel, örgel, ölger, orjel?]. [N 96A (1989)] || Iemand die een draaiorgel bespeelt [orgeldraaier, liereman]. [N 90 (1982)] III-3-2, III-3-3
orgel spelen op de orgel spelen: oͅp dən øͅrgəl sp"lə (Venray) (op het) orgel spelen, het orgel bespelen. [N 96B (1989)] III-3-3
orgeldraaier orgeldraaier: urgeldreier (Venray), örgeldraejer (Venray) Iemand die een draaiorgel bespeelt [orgeldraaier, liereman]. [N 90 (1982)] || Orgeldraaier. III-3-2