e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Venray

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vreemde (man) <omschr.> die is niet van hier: den is nie van hier (Venray), vreemde kerel: ènew vrĕĕmde (kel) (Venray), vreemde, een ~: vrimde (Venray) Noem het (dialect)woord voor: iemand uit den vreemde? [vreemdeling] [N 102 (1998)] || vreemde [een ~ man] [SGV (1914)] III-3-1
vreemde duif die op het hok komt vreemde, een ~: vremde (Venray) een vreemde duif die op het hok komt? [N 93 (1983)] III-3-2
vreugde aard: d⁄n aard (Venray), plezier: plezier (Venray), schik: de schik (Venray), schik (Venray) een gevoel van blijdschap in het algemeen [plezier, lol, vreugd] [N 85 (1981)] || vreugde [SGV (1914)] III-1-4
vriend kameraad: kámmeraod (Venray), (m.).  kammereui (Venray), vriend: vriend (Venray), vrint (Venray) vriend [SGV (1914)] || vriend of vriendin in het algemeen [kameraad, gespan, makker] [N 85 (1981)] || vriend(in) [RND] III-3-1
vriendelijk aardig: aardig (Venray) welgezind tegenover andere mensen, vriendelijk [gemeen, braaf] [N 85 (1981)] III-1-4
vriesweer koud (weer): kalt (Venray), vriesweer: vriēswaer (Venray) vriesweer || vriezend weer, koud en droog [N 22 (1963)] III-4-4
vriezenx bakken: á = niet lang.  bákə (Venray), vriezen: vri:zə (Venray), vrieze (Venray), ’t vriest (Venray) vriezen [SGV (1914)] || vriezen [bieberen, bikken] [N 22 (1963)] III-4-4
vrijgezel ongehuwde: ⁄ne òngehowde (Venray), oude viool: âlde fioeël (Venray), vrijgezel: vreejgezél (Venray), vri-jgezel (Venray) oude vrijster || vrijgezel || vrijgezel; ongehuwde man [patriara, wicht, vrijgezel] [N 86 (1981)] III-2-2
vrijschop free kick (eng.): verkik (Venray) Vrije trap. [DC 49 (1974)] III-3-2
vroedvrouw vroedvrouw: vroedvrouw (Venray), wijsvrouw: wiesvrouw (Venray, ... ), wiesvròw (Venray) hoe heet de baker of vroedvrouw? [DC 05 (1937)] || vroedvrouw, baker III-2-2