e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Vliermaal

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
medicijn medicament: médikament (Vliermaal) Medicijn, geneesmiddel (geneesmiddel, medicijn, medicament, (pillen)) [N 107 (2001)] III-1-2
meegaan gaan met: Mee valt weg.  dan gon ver mét oech (Vliermaal), meegaan: met gōͅən (Vliermaal), meegaan bet: dan goin viēͅ bei ux mēͅt (Vliermaal), dan gonvə bē ux met (Vliermaal), meekomen: Frings.  met kōmən (Vliermaal) Dan gaan we met u mee. [ZND 04 (1924)] || Waar gaat ge heen, willen we met u meegaan ? [ZND 04 (1924)] III-1-2
meel meel: miɛl (Vliermaal) Het gemalen, maar nog niet bewerkte graan. Het woordtype boulté, het voltooid deelwoord van het Waalse ɛboulterɛ, ɛbouleterɛ, ø̄builenø̄, duidt er mogelijkerwijs op dat het graan in de genoemde plaatsen al een bepaalde bewerking heeft ondergaan. Zie ook het lemma ɛgemalen, niet gezuiverd graanɛ in wld II.1, pag. 85.' [Wi 53; JG 1a; JG 1b; l monogr.; N O, 37b; Sche 49; Sche 55; Vds 144; Vds 145; Vds 159; Jan 151; Jan 167; Jan 242; Coe 152; Coe 217; Grof 153; Grof 176; monogr.; Vld; Jan 9; Jan 10; Jan 11; Jan 14; Coe 9; Coe 14; N O, 24a; A 42A, 40; N D, 23; A 42A, 36 add.; N O, 19b] II-3
meelmijt meelworm: miəlwərm (Vliermaal) mijt die in vochtig meel leeft [N 26 (1964)] III-4-2
meelworm, larve van de meeltor meelworm: miəlwərəm (Vliermaal) meeltor-larve, wormpje dat in (oude) meelvoorraden voorkomt [meelworm] [N 26 (1964)] III-4-2
meelzeef teems: tems (Vliermaal), zeef: zēf (Vliermaal) Handwerktuig waarmee men de grovere bestanddelen uit het meel kan zeven. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel ømeelŋ- het lemma ɛmeelɛ.' [N O, 38b; N 18, 136; JG 1c; JG 2c; l 48, 35II; Lu 2, 35II; Grof 256; monogr.; JG 1b add.] II-3
meer melk gaan geven aangaan: aǝngǫn (Vliermaal) [N 3A, 68] I-11
meerderjarig meerderjarig: znd 1 a-m; 1u, 158; 31, 23b;  meerdərjoarig (Vliermaal, ... ) meerderjarig [ZND 01u (1924)] || meerderjarig (boven de 21 jaar) [ZND 01 (1922)] || meerderjarig ; hij is - (boven de 21 jaar) [ZND 31 (1939)] III-2-2
meid, dienstmeid maagd: mǭx (Vliermaal) Meid is een noordelijke vorm, een samentrekking uit maged, maagd. Kok en keukense slaan op de keukenmeid. Dienstbode is een expansie uit de (Noord-)Nederlandse standaardtaal. [L 1, a-m; L 1u, 156; L 38, 10; RND 118; R 12, 30; S 6 en 23; Wi 6; monogr.] I-6
meikever kever: kèjver (Vliermaal), ook in ZND 01u, 159 en ZND 16, 005;  kiēͅvər (Vliermaal) meikever [ZND 01 (1922)] III-4-2