e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Voort

Overzicht

Gevonden: 1571
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
blaffen bellen: beͅi̯lə (Voort) blaffen [Goossens 1b (1960)] III-2-1
blaker kandelaar: kēͅnjəlēr (Voort) het pannetje, van een oor voorzien, waarop de kaars wordt gezet [ZND 36 (1941)] III-2-1
blaren blaren werpen: blǭrǝ węrǝpǝ (Voort) Het verschijnsel waarbij een verflaag plaatselijk van de ondergrond loslaat en er zwellingen ontstaan. Het blaren kan verschillende oorzaken hebben. De voornaamste zijn: vocht in het geschilderde materiaal en slechte hechting van de verflaag aan het materiaal. [L 32, 78; monogr.] II-9
blauwe bosbes bosbeer: verzamelfiche, ook mat. van ZND02, 3 en ZND16, 2  bō.sbie.rə (Voort), krokkebeer: verzamelfiche, ook mat. van ZND02, 3 en ZND16, 2  krōͅkəbērə (Voort), wild aardbeitje: verzamelfiche, ook mat. van ZND02, 3 en ZND16, 2 = wilde aardbei? JK  wi:l jasebi.kər (Voort) bosbes, alg. [ZND 01 (1922)] III-4-3
blauwe vleesvlieg, bromvlieg dikke vlieg: dekə vligə (Voort) insect II [Goossens 1b (1960)] III-4-2
bleek bleek: blɛjk (Voort) bleek [ZND 01 (1922)] III-1-2
blij blij: blɛj (Voort) blij [ZND 01 (1922)] III-1-4
bliksem, bliksemflits bliksem: bliksəm (Voort) bliksem [ZND 01 (1922)] III-4-4
bliksemen bliksemen: ps. omgespeld volgens IPA!  ɛt blikseͅmt (Voort, ... ) bliksemen [ZND 21 (1936)] || het bliksemt [ZND 01 (1922)] III-4-4
bloed bloed: blu:t (Voort) bloed [ZND 01 (1922)] III-1-1