e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Vorsen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
uier ouwer: ūr (Vorsen), uier: ø̜̄r (Vorsen, ... ) [JG, 1b; A 30, 6e; L 49, 6e; N 8, 39a en 39b]De melkklier van de koe zoals zij zich uitwendig vertoont onder aan de buik. Op de kaart is het woordtype uier niet opgenomen. [JG 1a, 1b; Gwn V, 7; L 8, 24a; L 14, 27a; RND 127; S 38; Wi 51; monogr.] || Uier, alle tepels samen. [N 19, 19b; JG 1a, 1b] I-11, I-12, I-9
uitgaanskleren uitgangskleding: aatgangsklieding (Vorsen) Uitgaanskleren. De kleren die men draagt als men uitgaat. [N 114 (2002)] III-1-3
uitkomen piepen: p˙īpǝ (Vorsen), uitkomen: ātkǫu̯mǝ (Vorsen) Het boven de grond uitkomen van het gekiemde zaadkorreltje. [JG 1a, 1b; monogr.; add. uit S 17] I-4
uitslag onder de neus uitslag: uitslag (Vorsen) Uitslag, zweren onder de neus (futsel, logistgast, uitslag, zweren). [N 107 (2001)] III-1-2
uitspannen uitspannen: ātspanǝ (Vorsen) Het paard losmaken van de kar of het werktuig waarin of waaraan het gespannen is. Bij het uitspannen uit een kar met berries worden de draagriem, de brede buikriem en de strengen losgemaakt. Vervolgens wordt het paard naar de stal geleid. [JG 1b, 2c; N 8, 98b; monogr.] I-10
uitwerpselen stront: strond (Vorsen) uitwerpselen [N 10c (1995)] III-1-1
urine zeik: zéék (Vorsen) urine [N 10c (1995)] III-1-1
urineren pissen: pisse (Vorsen) urineren [N 10c (1995)] III-1-1
vaandel drapeau (fr.): drapeau (Vorsen) de aan de stok gedragen doek met de kleuren of emblemen van een vereniging of gilde [vaandel, vendel, vaan] [N 112 (2006)] III-3-2
vaars vaars: vɛ̄ǝs (Vorsen) Jonge koe van ongeveer twee jaar die nog geen kalf heeft gehad of voor de eerste maal kalft. [JG 1a, 1b; A 2, 38; A 4, 11; Gwn V, 6; L 8, 27; L 20, 11; R 3, 37; S 38 en 49; Wi 16; monogr.; add. uit N 3A, 20] I-11