e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Vucht

Overzicht

Gevonden: 1277
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rug van het blad van de zeis rug: rø̜k (Vucht) De opstaande stevige rand aan de buitenzijde van het blad van de zeis. Zie afbeelding 5, nummer 5. [N 18, 68e; JG 1a, 1b] I-3
rugriem rugriem: rø̜krēm (Vucht) Riem die een paard dat niet tussen berries is ingespannen op de rug draagt om de strengen op te houden. De rugriem wordt ook gebruikt bij het voorste van twee ingespannen paarden. [JG 1b, 1c, 1d; N 13, 69] I-10
ruiken ruiken: ruiken (Vucht), Tans, J.G.H., Isoglossen rond Maastricht in de dialecten van Belgisch en Nederlandsch Zuid-Limburg. Maastricht, uitg. Van Aelst, 1938. 246 pp.  y, y: (Vucht) rieken [ZND 25 (1937)] || ruiken III-1-1
ruin ruin: rȳn (Vucht) Gecastreerde hengst. Als de veulens één à twee jaar zijn en de ballen voldoende gezakt en zichtbaar in de balzak zijn, worden zij gecastreerd. Een hengst van drie tot vijf jaar die om de een of andere reden op deze leeftijd nog gecastreerd wordt, wordt meestal gesneden hengst en niet ruin genoemd. [JG 1a, 1b; A 4, 2c; L 20, 2c; L 39, 43; N 8, 20 en 38; S 27; monogr.] I-9
runderhorzel, horzel vlieg: vlēgə (Vucht) insect II [Goossens 1b (1960)] III-4-2
runderhorzellarve angelsbeitel: aŋəlzbeͅi.tələ (Vucht), worm: wøͅrəm (Vucht) worm vdit laatste insect [Goossens 1b (1960)] III-4-2
rundvee koevee: kōviǝ (Vucht), vee: viǝ (Vucht) Als vee gehouden runderen. Rundvee in het algemeen. Zie afbeelding 1. [N 3A, 1; JG 1a, 1b; monogr.] I-11
ruw geschraald: het vel es geschruilt (Vucht) hoe zegt gij als in de winter de huid van uw handen of uw aangezicht ruw worden, vooral bij noordenwind ? [ZND 36 (1941)] III-1-2
sacramentsprocessie omgangsprocessie (<lat.): omgangsprocessie (Vucht), sacramentsprocessie (<lat.): sacramensprocessie (Vucht) Hoe heet de processie die s zondags na H. Sacramentsdag wordt gehouden? [ZND 40 (1942)] III-3-3
salpeter salpeterzout: solpiǝtǝrzāt (Vucht) Chemische stof waarmee bijen bedwelmd worden. [N 63, 77d, N 63, 77c; N 63, 77b; JG 1b] II-6