e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q117a plaats=Waubach

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
draden of randen van peulvruchten draad (enkelv.): draot (sg) (Waubach), ringen/randen: reng (Waubach) [N Q (1966)] I-7
dragen dragen: drage (Waubach) dragen [DC 02 (1932)] III-1-2
dragen, gezegd van ijs dik ijs: dik ies (Waubach), dragen: ⁄t īēës dret (Waubach) dragen gezegd van ijs waarop men kan lopen [lijden, helen, houden] [N 81 (1980)] III-4-4
drager van de doodskist drager: dreager (Waubach, ... ) een drager van de lijkkist [dreëjer] [N 96D (1989)] || het plein vóór de kerk [kerkplaats, kerkplein, plei] [N 96D (1989)] III-2-2
drager van het baldakijn hemeldrager: himmeldrager (Waubach) Een drager van de troonhemel [himmelsdreëjer]. [N 96C (1989)] III-3-3
drager van het kerkvaandel vanendrager: vanedrager (Waubach) De drager van het vaandel [vanedreëjer]. [N 96C (1989)] III-3-3
drank drinken: drinke (Waubach) drank; Hoe noemt U: Dat wat gedronken wordt (drinken, soopje, zuip) [N 80 (1980)] III-2-3
draven draven: drāvǝ (Waubach) In draf gaan, een actieve twee-tempogang, waarbij een diagonaal benenpaar gelijkmatig wordt opgeheven en weer neergezet, bijv. eerst linkervoorbeen en rechterachterbeen, daarna beide andere benen, met daartussen een zweefmoment. Zie afbeelding 9. [JG 1b; N 8, 81b en 81d] I-9
dreef laan: laan (Waubach) een weg aan met beide zijden een of meer rijen bomen (dreef, dreeft, laan,laning, lei) [N 90 (1982)] III-3-1
drenzen janken: janke (Waubach), mitschen: RhWb V, 1197 mitschen: in hohen Tönen eigensinnig Weinen, von Kindern  mieëtsje (Waubach), zaniken: zanike (Waubach) drenzen: de kinderen drenzen de hele dag [DC 16 (1948)] || op een zeurderige toon huilen [drenzen, jengelen, janken, drammen, simmen] [N 85 (1981)] || op zeurderige toon huilen [knooiachtig, dremmerig] [N 85 (1981)] III-1-4