e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q117a plaats=Waubach

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gemeentebelasting gemeentetaks: gemindetax (Waubach) de belasting die slechts voor één gemeente of stad geldt [octrooi, binnenboek, gemeentelasten] [N 90 (1982)] III-3-1
gemeenteheide gemene hei: gemene hij (Waubach) de gemeenteheide [aard] [N 90 (1982)] III-3-1
gemeentesecretaris secretaris: sikkretaris (Waubach) het hoofd van de secretarie [administratie] van een gemeente [griffier, secretaris, sikkeltaris, sik] [N 90 (1982)] III-3-1
gemeenteweide broek: brōk (Waubach) Weiland dat eigendom is van de gemeente. Een woordtype als vrijwei duidt erop dat men hier als kleine of arme boer zijn koeien vrij kon laten grazen. De informanten van Horn (L 325) en Maasbracht (L 377) zeggen echter dat men eertijds op gemeentewei de koeien kon laten grazen tegen een jaarlijkse vergoeding. [N 14, 60; A 10, 4; N 18, add.; monogr.] I-8
gemene vrouw foetel: foehtel (Waubach) een vrouw met een slecht en gemeen karakter [venijn] [N 85 (1981)] III-1-4
gemoed gemoed: gemuët (Waubach) het binnenste van de mens als zetel van zijn gevoel [moed, gemoed] [N 85 (1981)] III-1-4
generale absolutie generale absolutie (<fr.): generaal absolutie (Waubach) Een generale absolutie, waaraan een volle aflaat is verbonden [jeneraal-abseloetsioeën]. [N 96D (1989)] III-3-3
generale biecht generale biecht: ginnerale biech (Waubach) Een algemene of generale biecht, vaak bij missie en retraite [jeneraalbiech]. [N 96D (1989)] III-3-3
genezen heilen (du.) (ww.): hele (Waubach) Genezen: hersteld, beter (klaar). [N 84 (1981)] III-1-2
genoegen (doen) plezier: plezeer (Waubach) tevredenheid, genoegen [trek, plezier, goesting, snoel] [N 85 (1981)] III-1-4