28708 |
naaien |
naaien:
niǝnǝ (Q278p Welkenraedt)
|
Algemene benaming voor naaien. Informanten uit P 119, P 188 en Q 77 merken op dat de benaming lappen ouder is dan naaien. [N 62, 1a; N 62, 1d; A 2, 70; A 37, 1c; L 31, 46; Gi 1.IV, 12; MW; RND; Wi 40; S 25; monogr.]
II-7
|
28711 |
naaister |
naaierse:
niǝnǝšǝ (Q278p Welkenraedt)
|
De algemene benaming voor een vrouw die als beroep heeft het verrichten van naaiwerk en het vervaardigen van kledingstukken. [N 59, 196; N 62, 1b; N 62, 1d; MW; Wi 18; monogr.]
II-7
|
34013 |
naar links |
haar:
hār (Q278p Welkenraedt)
|
Voermansroep om het paard naar links te doen gaan. [JG 1b; N 8, 95 c, 95d en 96; L 1 a-m; L B 2, 255; L 26, 2; L 36, 81c; S 12; monogr.]
I-10
|
34014 |
naar rechts |
hot:
hot (Q278p Welkenraedt)
|
Voermansroep om het paard naar rechts te doen gaan. [JG 1b; N 8, 95a en 96; L 1 a-m; L B 2, 256; L 26, 2; L 36, 81d; S 12; monogr.]
I-10
|
32955 |
nagras, tweede hooioogst |
groe(n)maad:
gromǝt (Q278p Welkenraedt)
|
De opbrengst van de tweede maal dat er gehooid wordt, doorgaans eind augustus; zie de algemene toelichting bij deze paragraaf (''nagras''). [N 14, 128b, JG 1a, 1b en 2b; A 4, 26a; A GV, 2Gr.; L B2, 345; L 5, 8; L 14, 15; Gwn 7, 10; Wi 58; S 25; monogr.]
I-3
|
18909 |
nauwgezet; nauwgezet persoon |
scrupuleus:
sjrĭĕpəléús (Q278p Welkenraedt)
|
Hij is op zijn punt - sekuur (a.gezegd v.e. persoon; b.v.e. werk) [RND]
III-1-4
|
20361 |
neef |
cousin (fr./du.):
kŏĕzéng (Q278p Welkenraedt),
neef:
nééf (Q278p Welkenraedt),
vetter (du.):
féttər (Q278p Welkenraedt),
vetter (Q278p Welkenraedt)
|
neef [ZND 11 (1925)]
III-2-2
|
17905 |
nemen, pakken |
nemen:
nēͅmə (Q278p Welkenraedt)
|
nemen [ZND 25 (1937)]
III-1-2
|
28782 |
neteldoek |
neteldoek:
niǝtǝldǭk (Q278p Welkenraedt)
|
Oorspronkelijk uit netelgaren, later van licht katoen of mousseline vervaardigd los weefsel in effen binding (Van Dale, pag. 1812). De woordtypen zaandoek, kaasdoek en biestdoek duiden erop dat neteldoek ook gebruikt wordt om melk door te zeven, terwijl berendoek wijst op het feit dat neteldoek dienst kan doen als persdoek bij de bereiding van bessensap. Neteldoek wordt ook gebruikt om kwark te maken. [N 62, 83; N 62,82; N 62, 98; MW; Wi 11; monogr.]
II-7
|
17608 |
neus |
neus:
naas (Q278p Welkenraedt)
|
Zijn neus snuiten. [ZND 07 (1924)]
III-1-1
|